Ambu aScope Duodeno Bedienungsanleitung Seite 415

4 Afzuigklep
5 Insufflatie-/spoelventiel
6 Bedieningswiel omhoog/
omlaag
Move bending
section down
Move bending
section up
7 Bedieningswiel naar
links/rechts
Move bending
section right
8 Vergrendelingshendel
naar links/rechts
Lock right/left
movement
9 Biopsieklep
10 Werkkanaal
11 Markering voor de
inbrenglimiet
12 Inbrengbuis
Druk de klep in om het afzuigen te activeren en
zo vloeistoffen, resten of gas uit de patiënt te
verwijderen.
Wanneer de opening in dit ventiel is afgedekt, wordt
er lucht geïnsuffleerd. Druk het ventiel in om water
aan te voeren om de lens te spoelen. Het ventiel
kan ook worden gebruikt om lucht aan te voeren
om aan de lens gekleefde vloeistoffen of resten te
verwijderen.
Wanneer dit wiel in de richting van 'U' wordt
gedraaid, beweegt het buigstuk OMHOOG; wanneer
het wiel in de richting van 'D' wordt gedraaid,
beweegt het buigstuk OMLAAG.
Wanneer dit wiel in de richting van 'R' wordt
gedraaid, beweegt het buigstuk naar RECHTS;
wanneer het wiel in de richting van 'L' wordt
Move bending
section left
gedraaid, beweegt het buigstuk naar LINKS.
Door deze vergrendeling naar 'F' te draaien, kunt
u het apparaat weer buigen. Als de vergrendeling
in de tegenovergestelde richting wordt gedraaid,
Release right/left
wordt het buigstuk in elke gewenste positie langs de
movement
horizontale as vergrendeld.
Biopsietoegangsdop. Sluit het werkkanaal af.
De werkkanaalfuncties:
•
•
•
Geeft het maximumpunt aan tot waar de endoscoop
in het lichaam van de patiënt mag worden
ingebracht.
Flexibele inbrengbuis voor navigatie naar de
twaalfvingerige darm.
Werkkanaal voor het inbrengen van
endoscopische accessoires
Afzuigkanaal
Vloeistoftoevoerkanaal (vanuit een
injectiespuit via de biopsieklep)
415