PHM036Du.qxd
2/16/00 1:12 PM
Page 206
206
Mogelijke complicaties
MOGELIJKE COMPLICATIES
De mogelijke complicaties die met gebruik van dit systeem gepaard gaan, zijn
o.a.:
Complicaties met betrekking tot de pomp
Staken van de therapie als gevolg van een uitgeputte batterij of storing van een
onderdeel, hetgeen kan leiden tot:
• terugkeer van onderliggende symptomen,
• ontwenningsverschijnselen van het geneesmiddel, of
• noodzaak tot explantatie van de pomp.
Wijzigingen in de hoeveelheid afgegeven vloeistof als gevolg van storing aan
een onderdeel of van wijzigingen door de loop der tijd, hetgeen kan leiden tot:
• onderinfusie van het geneesmiddel,
• terugkeer van onderliggende symptomen,
• ontwenningsverschijnselen van het geneesmiddel,
• overinfusie van het geneesmiddel,
• overdosis aan geneesmiddel, of
• noodzaak tot explantatie van de pomp.
Onmogelijkheid het systeem te programmeren als gevolg van storing van het
programmeerapparaat of een verbroken telemetrieverbinding, hetgeen kan leiden
tot:
• het niet kunnen wijzigen van de geprogrammeerde infusiesnelheid,
• het via telemetrie niet kunnen stoppen van de geneesmiddelenstroom,
• uitstel van therapie, onder- of overdosis, of ontwenningsverschijnselen
van het geneesmiddel, of
• noodzaak tot explantatie van de pomp.
Storing aan de sideport als gevolg van storing aan een onderdeel, hetgeen kan
leiden tot:
• onderinfusie van geneesmiddel, of
• noodzaak tot explantatie van de pomp.
Complicaties met betrekking tot de katheter
Wijziging in de werking van de katheter waarvan de oorzaak is dat de katheter
is geknikt, losgeraakt, lekt, is gebroken, geheel of gedeeltelijk is verstopt, is
gemigreerd of als er sprake is van katheterfibrose of -hygroma, hetgeen kan
leiden tot:
• afgifte van geneesmiddel in de pocket of in subcutaan weefsel,
• ontwenningsverschijnselen van het geneesmiddel,
• terugkeer van onderliggende symptomen,
• in het CSF zwevende katheter,
Medtronic - Kerkrade / PARTNUMBER :
198076-036
SHEETNR. :