c) Voorbereiden van de draagvlakversterking
Met een cutter wordt de strijkfolie op het draagvlak (1) en de
draagvlakversterking (2) rond de draagvlakschroeven stervorming
ingesneden.
Praktische tip:
Met een kleine soldeerbout, die van buiten af door de
boringen wordt gestoken, kunnen de randen van de folie
zuiver aan de rand van het gat worden verbonden.
Plaats daarna de draagvlakversterking met behulp van de meegeleverde
schroeven in het midden van de vlakken, en breng de omtrek over op de
draagvlakken.
Aansluitend wordt de strijkfolie onder de draagvlakversterking met een
cutter voorzichtig ingesneden en van het draagvlak verwijderd. Laat
daarbij telkens een smalle rand staan, die later in de lijmverbinding komt.
Het verlijmen van de draagvlakversterking gebeurt bij de volgende
montagestap.
d) Montage van de draagvlakken
Schuif de draagvlakpennen (1) in de daartoe voorziene uitsparing op het
draagvlakspant (2) en plaats de vlakken in het midden op de romp.
Plaats de draagvlakversterker eerst "droog" en schroef de draagvlakken
los aan, zodat ze nog gemakkelijk kunnen worden uitgericht.
Nadat u de draagvlakken onder een hoek van 90° ten opzichte van de
romp uitrichtte controleert u de beide afstanden van de draagvlakuiteinden
tot het rompuiteinde. De beide afstanden "A" moeten even lang zijn. Neemt
u voor het meten het best een dunne draad of een niet uitrekbare vezel.
Als de uitrichting van de draagvlakken optimaal is, kan de draagvlak-
versterker nu vast aan de vlakken worden gelijmd.
Praktische tip:
Merk na het juist uitrichten van de draagvlakken het onderste
uiteinde van de kleefnaad van de draagvlakken met een
watervaste dunne viltstift op de romp (3). Op deze manier
kunt u telkens na het opzetten van de draagvlakken de op-
timale uitrichting controleren.
A
A=A
Afb. 7
3
A
Afb. 8
89