Namen en functies van onderdelen
De belangrijkste onderdelen van de elektrische
fi ets zijn de console, de batterij, de motoreenheid,
de batterijopladeren de snelheidssensor.
Console
De console omvat een display-eenheid en een be-
dieningseenheid. (Voor de Di2 bedieningsunit en
bijbehorende apparatuur moeten aparte compo-
nenten worden gekocht.)
1 Keuzetoetsen voor de Assist-modus (/)
Selecteer de gewenste assistmodus uit [HIGH],
[STANDARD], [ECO] en [NO ASSIST].
2 Nachtmodustoets
*Schakelt de achtergrondverlichting van de
display-unit in. Wanneer er via de batterij van
de elektrische fi ets stroom geleverd wordt
aan het voor- of achterlicht, gaat het voor- of
achterlicht branden. De beschikbaarheid van
deze functie hangt af van de lokale wetgeving.
(–> pag. NL-29)
3 [MODE] toets
Hiermee kunt u de weergegeven items wijzigen,
zoals bijv. de afgelegde afstand.
Fietsfunctietoets (hulp bij het wandelen)
Tot een snelheid van 6 km/h kunt u geholpen
worden bij het rijden, bijvoorbeeld wanneer u
de elektrische fi ets vooruitduwt met een zwa-
re last erop.
5 Weergave batterijcapaciteit
Geeft de resterende batterijcapaciteit weer.
6 USB-aansluitingsmarkering
Wordt weergegeven wanneer er een extern ap-
paraat (bijv. mobiele telefoon) aangesloten is op
de display-eenheid om opgeladen te worden.
7 Assist-vermogensindicatie
Hier wordt op een grafi ek aangetoond in welke
mate de rijder geholpen wordt. Hoe hoger de
waarde op de grafi ek, des te meer de rijder ge-
holpen wordt.
8 Tekstindicatie
Hier wordt de huidige assist-modus enz.
weergegeven.
9 Tijdweergave
Hier wordt de actuele uurtijd weergegeven.
10 Nachtmodusindicatie
Licht op wanneer u op de nachtmodustoets
hebt gedrukt.
11 Snelheidsindicatie
Hier wordt de actuele rijsnelheid weergegeven.
12 Waardenindicatie
Hier wordt de afgelegde afstand, de totale af-
gelegde afstand, de maximale snelheid enz.
weergegeven.
13 Power-toets
Hiermee kunt u het elektrische fi etssysteem
in- en uitschakelen.
Bedieningseenheid
Display-eenheid
5
9
6
7
8
13
Di2 bedieningseenheid
14 Micro USB-poort
Wordt gebruikt om een extern apparaat (bijv.
mobiele telefoon) op te laden. (–> pag. NL-27)
15 Rubberen kapje
Beschermt de Micro USB-poort.
16 Reset-toets
Hiermee kunt u de totale afgelegde afstand
instellen op "0".
17 Knoopcel-batterijvak
In dit vak is een knoopcelbatterij geplaatst
voor de weergave van de uurtijd op de dis-
play-eenheid.
18 Schakelknop (omhoog)
Telkens wanneer de knop wordt ingedrukt,
wordt de overbrengingsverhouding hoger ge-
schakeld.
19 Schakelknop (omlaag)
Telkens wanneer de knop wordt ingedrukt,
wordt de overbrengingsverhouding lager ge-
schakeld.
NL-10
2
1
1
4
16
10
11
12
15
14
18
19
3
17