2.4.3 Montage spraakherkenningssysteem E 38
(alleen auto's met telefoon/mobiele telefoon vanaf fase V zonder boordmonitorradio en/of
zonder CD-wisselaar)
Aanwijzingen
Let op de veiligheidsaanwijzingen in hoofdstuk 1.
Aan de montage van accessoires liggen de bekende werkplaatsinformaties ten grondslag. De hiervan afwijkende
montagestappen worden in hoofdstuk 2 en 3 uitvoerig beschreven. De afbeeldingen tonen de montage van de
laadelektronica met leidingcompensator. Bij auto's met SH-apparaat moet op overeenkomstige wijze te werk
worden gegaan.
Werkzaamheden vooraf .........................................
Vouwbladzijde 105 openklappen!
Afbeelding A
Blindklinknagelmoeren (1) .....................................
1
Afbeelding B
4 steekmoeren (2) .................................................
2
Basisplaat (3).........................................................
3
Zeskantschroef (4) M5x14
4
Afbeelding C
Houder (10)............................................................
5
Afbeelding D
Laadelektronica (11) .................................................
6
Afbeelding E
Spraakherkenningsmodule (5) ...............................
7
Afbeelding F
Kabelbundel spraakherkenningssysteem (I) .............
8
zie hoofdstuk 3. 1 .3.
in de aanwezige boorgaten (7) aanbrengen en
bevestigen. Hiervoor de isolatiemat (8) op de
voorgestanste plaatsen (9) openen.
volgens afbeelding in de uitsparingen op de
basisplaat (3) steken.
met 3 zeskantschroeven (4) M5x14 op de auto
bevestigen. Aanhaalmoment 3 Nm.
volgens afbeelding tegen de basisplaat (3) aan houden
en met 2 zeskantschroeven (4) M5x14 bevestigen.
Aanhaalmoment 3 Nm.
met voorgemonteerde leidingcompensator (12) in de
houder (10) aanbrengen en met houderbeugel (13)
bevestigen. Aanhaalmoment 3 Nm.
met 2 zeskantschroeven (4) M5x14 op de basisplaat (3)
bevestigen. Aanhaalmoment 3 Nm.
Aftakking I/5, 26-polig contrastekkerhuis, naar de
spraakherkenningsmodule (5) monteren en aansluiten.
Aftakkingen I/1 en I/2, 12-polig contrastekker- resp.
pinhuis, naar de witte 12-polige steekverbinding (14)
X400 op de achterplaat bij het linker achterlicht
monteren. Steekverbinding (14) onderbreken.
Aftakking I/1, 12-polig pinhuis, op het 12-polige
contrastekkerhuis van de steekverbinding (14)
aansluiten. Aftakking I/2, 12-polig contrastekkerhuis,
op het 12-polige pinhuis van de steekverbinding (14)
aansluiten. Steekverbindingen op de autokabelbundel
wegbinden. Aftakkingen I/3 en I/4, 3-polig
contrastekker- resp. pinhuis, naar de 3-polige s
teekverbinding (15 en 16) van de microfoonkabelbundel
op de verbindingsleiding telefoon/mobiele telefoon
monteren. 3-polige steekverbinding (15 en 16)
onderbreken. Aftakking I/3, 3-polig contrastekkerhuis,
op het 3-polige pinhuis (15) op de verbindingsleiding
telefoon/mobiele telefoon aansluiten. Aftakking I/4,
3-polig pinhuis op het 3-polige contrastekkerhuis (16)
van de microfoonleiding aansluiten. Kabelbundel
spraakherkenningssysteem I langs de autokabelbundel
monteren.
Aansluitingsoverzicht: Kabelbundel
spraakherkenningssysteem zie hoofdstuk 2. 1 .
NL/2-95