DMF40013
PROCEDURE
VOORAFGAAND AAN DE
INGEBRUIKNAME
X/
Als enig element bij de controle voorafgaand
aan de ingebruikname niet behoorlijk func-
tioneert, moet u het laten inspecteren en
herstellen voor u de buitenboordmotor in
gebruik neemt. Zonder deze voorzorgsmaat-
regelen kan zich een ongeval voordoen.
:;
Start de motor niet terwijl hij uit het water
hangt. Dit kan immers oververhitting en
ernstige motorschade veroorzaken.
DMF41110
Brandstof
8
Controleer het brandstofpeil om zeker te zijn
dat u voldoende brandstof hebt voor uw trip.
8
Controleer of er geen brandstoflekken zijn en
of er enige rook ontsnapt.
8
Controleer de brandstofleidingsaansluitingen
om zeker te zijn dat ze stevig vast zitten.
8
Vergewis er u van dat de brandstoftank op
een veilig, vlak oppervlak geplaatst is en dat
de brandstofleiding niet verdraaid of platge-
drukt is, of veel kans loopt in contact te
komen met scherpe voorwerpen.
DMF42110
Olie
8
Controleer het oliepeil om zeker te zijn dat u
voldoende olie hebt voor uw trip.
NL
IMF40013
PROCEDURA PRELIMINARE
g
Se uno qualsiasi dei controlli preliminari dà
esito negativo, procedere alla verifica e relativa
riparazione prima di azionare il motore fuori-
bordo per evitare incidenti.
aA
Non avviare il motore fuori dall'acqua per evi-
tare di surriscaldarlo e quindi danneggiarlo
gravemente.
IMF41110
Carburante
8 Verificare di avere sufficiente carburante per
coprire la distanza prevista.
8 Accertarsi che non vi siano perdite di carbu-
rante o fumi di benzina.
8 Controllare i raccordi della conduttura del
carburante per accertarsi che siano ben stret-
ti.
8 Accertarsi che il serbatoio del carburante sia
posizionato su una superficie sicura e piana e
che il tubo del carburante non sia piegato o
schiacciato oppure vicino a oggetti taglienti.
IMF42110
Olio
8 Verificare di avere sufficiente olio.
3-7
I