weinor WGM 1030 Montageanleitung Seite 13

WGM 1030
���
Laufwagen links
Seilblock
loopwagen links
draadblok
Feder
veer
*
3-fach Rolle
3-voudige rol
L1
linkes Seil
linkerdraad
* Hinweispunkt L1 für das Spannen der Feder
punt L1 voor het spannen van de veer
** Hinweispunkt Ps für die Position der Seilklemme
punt Ps voor de positie van de draadklem
Pict 3.21
Pict 3.24
• S eile hinter den Umlenkrollen in das Ausfallprofil einführen
(Pict 3.21, 3.22 und 3.23).
• A usfallprofil von den Transportprofilen wegdrücken und die
S eile in die Umlenkrollen der Laufwagens und über die 3-fach
Rollen legen (Pict 3.21 und 3.24).
• L inkes Seil durchziehen.
• R echtes Seil durchziehen und über die Seilblöcke der Feder und
des Laufwagens legen (Pict 3.21).
• S eilklemmenummantelung („blaues Netz" Pict 3.25) über das
l inke Seil schieben.
• S eile mit der beiliegenden Seilklemme an der Position des Auf-
klebers Ps (Pict 3.25) (oder Maß Ps auf dem Aufkleber (Pict 3.15))
verbinden, vor dem Festklemmen Seil nochmals per Hand straff
ziehen und überprüfen, ob das Seil auf den Umlenkrollen der
Kopfplatten (Pict 3.29) und allen anderen Umlenkrollen (End-
kappen (Pict 3.19), Laufwagen und Seilblöcke (Pict 3.21)) liegt.
• N ach dem Verbinden mit der Seilklemme das Vor s pannband
(Pict 3.16) an den Seilblöcken zerschneiden und unter dem Seil
vorziehen und entfernen.
• L änge des Federkörpers mit dem Wert L1 (Aufkleber auf Ausfall-
profildeckel (Pict 3.15)) vergleichen und wenn nötig durch vor-
sichtiges Lockern der Seilklemme und Z iehen an den Seilenden
korrigieren.
• D ie Seile ca. 30 cm hinter der Seilklemme abtrennen, und mit
einem Feuerzeug die Seilenden verschmelzen.
• M it den überstehenden Seilenden vor und hinter der Seilklemme
einen Knoten machen (Pict 3.26).
• D as Netz über die Seilklemme ziehen und die Seilenden im Netz
verstauen (Pict 3.27).
• D er Ausfallprofildeckel sollte erst nach der abschließenden Funk-
tionsprüfung (Abs. 8) geschlossen und verschraubt werden.
Montageanleitung
Montagehandleiding
Laufwagen rechts
Seilklemme
loopwagen rechts
draadklem
Umlenkrolle
omkeerrol
Seilblock
**
draadblok
Ps
rechtes Seil
rechterdraad
Pict 3.25
Pict 3.22
Pict 3.26
• D raden achter de omkeerrollen in het uitvalprofiel invoeren
(Pict 3.21, 3.22 en 3.23).
• U itvalprofiel van de transportprofielen wegdrukken en de draden
in de omkeerrollen van de loopwagen en over de 3 rollen leggen
(Pict 3.21 en 3.24).
• L inker draad doortrekken.
• R echter draad doortrekken en over de draadblokken van de
veer en van de loopwagen leggen (Pict 3.21).
• D raadklem-ommanteling ("blauw net" Pict 3.25) over de linker
draad schuiven.
• D raden met de draadklem bij de sticker Ps (Pict 3.25) met elkaar
verbinden en voor het vastklemmen de draden nogmaals met de
hand strak trekken. Controleer of de draad op de omkeer r ollen
van de kopplaten (Pict 3.29) en alle andere omkeerrollen (eind-
kappen (Pict 3.19), loopwagen en draadblokken (Pict 3.21) ligt.
• N a het verbinden met de draadklem de voorspanband (Pict 3.16)
bij de draadblokken afsnijden onder de draad door naar voren
trekken en verwijderen.
• D e lengte van de veer met de op de sticker L1 aangegeven waar-
de (Pict 3.15) vergelijken en indien nodig door het voorzichtig
losmaken van de draadklem en door trekken aan de uiteinden
van de draad corrigeren.
• D e draden ca 30 cm achter de draadklem afsnijden en met een
aansteker de uiteinden van de draad smelten.
• M et de uitstekende draaduiteinden voor en achter de draad-
klem een knoop maken (Pict 3.26).
• H et net over de draadklem trekken en de uiteinden van de
draad in het net stoppen (Pict 3.27).
• D e uitvalprofieldeksel dient eerst, nadat het juist functioneren
gecontroleerd is (zie punt 8), gesloten en dichtgeschroefd te
worden.
13
Pict 3.23
Pict 3.27