Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

MedComp TITAN HD Gebrauchsanleitung Seite 60

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 39
Waarschuwing: Rek het onderhuidse weefsel niet te ver uit gedurende het maken
van de tunnel. Te ver uitrekken kan het ingroeien van de manchet vertragen/voorkomen.
6.
Leid de katheter voorzichtig in de tunnel. Trek of ruk niet aan de katheterslang.
Als er weerstand wordt gevoeld, kan verdere stompe dissectie inbrenging
vergemakkelijken.
Haal de katheter met een lichte draaibeweging uit het tunnelinstrument om
schade aan de katheter te vermijden.
Opgelet: Trek de tunneler er niet uit onder een hoek. Hou de tunneler recht om
schade aan het uiteinde van de katheter te voorkomen.
Opmerking: Een tunnel met een brede, lichte boog vermindert het risico op knikken.
De tunnel dient kort genoeg te zijn om het Y-aansluitstuk van de katheter ervan te
weerhouden in de uitgangplaats te gaan, doch lang genoeg om de manchet 2 cm
(minimaal) bij de huidopening vandaan te houden.
7.
Druk het stilet terug in de katheter en maak de stiletdop vast op de luer van de
aderkatheter.
8.
Irrigeer de katheter met een fysiologische zoutoplossing en klem vervolgens de
katheterverlengingen om ervoor te zorgen dat er niet per ongeluk zoutoplossing
uit de katheter loopt. Gebruik de bijgeleverde klemmen.
9.
Breng de introducernaald met bevestigde spuit in de bedoelde ader.
Aspireer om voor de juiste plaatsing te zorgen.
10. Verwijder de spuit en plaats de duim over het einde van de naald om bloedverlies
of een luchtembolie ter verwijden. Trek het flexibele uiteinde van de voerdraad
terug in de opvoerder zodat alleen het einde van de voerdraad zichtbaar is.
Breng het distale uiteinde van het opvoerinstrument in het naaldaanzetstuk.
Voer de voerdraad met een voorwaartse beweging op in en voorbij het
naaldaanzetstuk in de bedoelde ader.
Let op: De lengte van de ingebrachte draad wordt bepaald door de grootte van de patiënt.
Monitor de patiënt op hartritmestoornissen gedurende deze procedure. De patiënt
dient op een hartmonitor te worden aangesloten tijdens deze procedure. Hartaritmieën
kunnen het gevolg zijn als de voerdraad in het rechter atrium terechtkomt. De voerdraad
dient stevig vastgehouden te worden tijdens deze procedure.
11. Verwijder de naald en laat de voerdraad in de gewenste ader. Verwijd de
huidpunctie met een scalpel.
12. Rijg de dilator(en) over de voerdraad in het bloedvat (er kan een lichte
draaibeweging worden gebruikt). Verwijder de dilator(en) als het bloedvat
voldoende verwijd is en laat de voerdraad op zijn plaats zitten.
Opgelet: Het weefsel te weinig verwijden kan compressie veroorzaken van het
katheterlumen tegen de voerdraad en moeilijkheden opleveren bij het inbrengen van
de voerdraad van de katheter. Dit kan buigen van de voerdraad tot gevolg hebben.
Let op:
De Valved Peelable Introducer-wikkel is ontworpen om bloedverlies en het
innemen van lucht te voorkomen maar is geen hemostatische klep.
Het is niet bedoeld om een volledige tweewegafdichting te creëren noch
voor gebruik bij slagaders.
De klep zal de luchtinname gevoelig beperken. Bij een druk van 12 mm Hg
kan de Valved Peelable Introducer-wikkel tot 4cc/sec lucht door de klep laten.
De klep zal de bloedstroming gevoelig verlagen maar bloedverlies door de
klep is mogelijk.
13. Verwijder de dilator van de wikkel en schuif de klep over de wikkelopening.
Breng de dilator door de klep en maak vast op zijn plaats met de draaikraag.
14. Schuif het inbrenger/dilatorgeheel over de voerdraad en in de ader.
Nota: Als er een andere wikkel wordt gebruikt, volg dan de instructies van de fabrikant.
KATHETER
KATHETER
TROCART
-58-

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis