Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Montage Van De Frostcontrol (Veiligheids-/Aftapkraan); Aansluiten/Aanleggen Van De Waterleidingen; Montage Van De Binnentemperatuurvoeler - Truma Combi D4 CP plus ready Einbauanweisung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Combi D4 CP plus ready:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 3
Montage van de FrostControl (veiligheids-/
aftapkraan)
De FrostControl moet in de onmiddellijke nabijheid van het
toestel in de verwarmde ruimte op een voor de gebruiker
goed toegankelijke plaats worden gemonteerd. Let erop dat
de draaischakelaar (42b) en de drukknop (42c) bediend kun-
nen worden.
Bij de keuze van de plaats moet u erop letten dat de
FrostControl (42) niet in de omgeving van vreemde warmte-
bronnen (bijv. elektrische apparaten) of direct naast warme-
luchtbuizen wordt gemonteerd!
De waterafvoer direct naar buiten op een tegen waterspat-
ten beschermde plaats aanbrengen (zo nodig spatlappen
aanbrengen).
Gat met Ø 18 mm in de voertuigbodem boren. Slang (42a)
op de aftapaansluiting schuiven en beide door de bodem
steken en naar buiten leiden. De luchtruimte tussen slang en
boorgat van onder met kneedbaar carrosseriekit afdichten.
FrostControl met 2 schroeven B 5,5 x 25 (in de levering inbe-
grepen) bevestigen. (Zie afbeelding 26 – Voorbeeld van een
installatie met flexibele slangen Ø 10 mm.)
42
42c
42c
43
Afbeelding 26

Aansluiten/aanleggen van de waterleidingen

Om de werking van de aangesloten onderdelen te garande-
ren, moeten de waterleidingen zo kort mogelijk, knik- en span-
ningsvrij worden aangelegd.
Alle waterleidingen aflopend naar de veiligheids-/aftap-
kraan aanleggen. Geen aanspraak op garantie bij
vorstschade.
Bij de inbouw van een watervoorziening in het voertuig moet
u erop letten dat tussen de waterleidingen en de warmtebron
(bijv. kachel, warmeluchtbuis) voldoende afstand wordt
aangehouden.
Een waterleiding mag alleen op een afstand van 1,5 m tot de
kachel aan de warmeluchtbuis worden aangelegd. De Truma
slangclip SC (art.-nr.: 40712-01) kan vanaf deze afstand wor-
den gebruikt. Bij parallelle aanleg, bijv. van een doorvoer door
een wand, moet een afstandhouder (bijv. een isolatie) worden
aangebracht om het contact te voorkomen.
Erop letten dat de koudwatertoevoer wegens vorstge-
vaar niet met koudebruggen (bijv. de buitenwand) in
aanraking komt.
Koudwatertoevoer (41) op de veiligheids-/aftapkraan (42)
aansluiten.
Om het volledig laten weglopen van het water en een
duurzame afdichting van de waterslangen op het toestel
te garanderen, moeten steeds de meegeleverde hoekaanslui-
tingen (45 + 46) worden gebruikt!
Waterleiding (43) voor koudwatertoevoer tussen veiligheids-/
aftapkraan (42) en toevoer naar de boiler aanbrengen.
50
42b
41
42a
De waterleiding (44) voor warmwater van de hoekaansluiting
met geïntegreerde ontluchtingskraan (46) naar de waterver-
bruikplaatsen aanleggen.
Hoekaansluiting (46 – met ontluchtingskraan) aan de boven-
ste aansluiting (warmwaterafvoer) en hoekaansluiting (45) aan
de onderste aansluiting (koudwatertoevoer) van de kachel, tot
de aanslag opschuiven. Door terugtrekken controleren of de
hoekaansluitingen goed vastzitten.
Afbeelding 27
Ontluchtingsslang buiten Ø 11 mm (47) op de slangtulen van
de ontluchtingskraan (48) schuiven en knikvrij naar buiten
aanleggen. Hierbij mag de radius in de elleboog niet kleiner
zijn dan 40 mm.
Ontluchtingsslang ca. 20 mm onder de voertuigbodem met
een hoek van 45° op de rijrichting afzagen. (Zie afbeelding 27
– Voorbeeld van een installatie met flexibele slangen Ø 10 mm.)

Montage van de binnentemperatuurvoeler

Bij de plaatskeuze erop letten dat de binnentemperatuurvoeler
niet aan directe stralingswarmte blootgesteld wordt. Voor een
optimale binnentemperatuurregeling adviseren wij de binnen-
temperatuurvoeler boven de ingangsdeur te monteren.
Afbeelding 28
U moet erop letten dat de voeler altijd in een verticale
wand gemonteerd wordt. De omgevingslucht moet on-
gehinderd langs de voeler stromen.
Gat Ø 10 mm boren. Aansluitkabel van achter door het boor-
gat leiden en het kabeleinde met een geïsoleerde aansluit-
stekker in de voeler steken (er hoeft niet op de polariteiten te
worden gelet). Binnentemperatuurvoeler in het gat schuiven
en het kabeleinde met de twee geïsoleerde aansluitstekkers
naar de verwarmingselektronica aanleggen (zo nodig tot
een maximale totale lengte van 10 m met kabel 2 x 0,5 mm²
verlengen).
De meegeleverde binnentemperatuurvoeler moet altijd
worden aangesloten, omdat anders de kachel een sto-
ring meldt.
48
46
44
47
45
20 mm
45º
10 mm
43

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis