10) Als de hars begint te drogen (draden aan de spatel), richt dan de enkel
klos en de prothesevoet op elkaar uit.
11) Steek de bout aan de kant van de voetzool in de prothesevoet en schroef
de enkelklos vast aan de prothesevoet (aanhaalmoment: 30 Nm).
12) Veeg de hars die uit de naad naar buiten komt, met een doek af.
13) Alleen bij de 1WR95: Bestrijk de stop voor de schroefverbinding met
kunststoflijm en duw de stop in zijn geheel in de prothesevoet.
14) Verwijder de lijmresten met een geschikt oplosmiddel.
15) Laat de lijmverbinding uitharden.
5.3 Opbouw
LET OP
Prothesevoet afschuren
Voortijdige slijtage door beschadiging van de prothesevoet
► Schuur de prothesevoet niet af.
5.3.1 Basisopbouw
Basisopbouw TT
Benodigde materialen: goniometer 662M4, meetapparaat voor de hakhoogte
743S12, 50:50-mal 743A80, opbouwapparaat (bijv. L.A.S.A.R. Assembly 743L200 of
PROS.A. Assembly 743A200)
Monteer de prothesecomponenten en lijn ze uit in het opbouwapparaat zoals hieron
der aangegeven:
Sagittale vlak
Hakhoogte: effectieve hakhoogte (hakhoogte schoen – zooldikte voorvoet
gedeelte) + 5 mm
Exorotatie van de voet: ca. 5°
Verplaatsing van het midden van de prothesevoet naar voren ten opzichte van
de opbouwlijn: 30 mm
Verbind de prothesekoker met behulp van de gekozen adapters met de pro
thesevoet. Neem daarbij de gebruiksaanwijzing van de adapters in acht.
Bepaal met de 50:50-mal het midden van de prothesekoker. Positioneer de
prothesekoker zo, dat de opbouwlijn zich in het midden van de koker bevindt.
Kokerflexie: individuele stompflexie + 5°
Frontale vlak
Opbouwlijn prothesevoet: tussen grote teen en tweede teen
Opbouwlijn prothesekoker: langs de laterale rand van de patella
Let op de abductie- of adductiestand.
60
Schematisch overzicht van de basisopbouw