OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem
Het geluid valt
plotseling uit.
Alleen de luidspreker
aan de ene kant doet
het.
Er wordt alleen flink
geluid geproduceerd
door de midden-
luidspreker.
Geen geluid uit de
effect-luidsprekers.
Geen geluid uit de
midden-luidspreker.
Geen geluid uit de
surround-
luidsprekers.
Geen geluid uit de
surround achter-
luidsprekers.
Geen geluid uit de
subwoofer.
82
Oorzaak
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Onjuiste balans ingesteld via het SET MENU.
Wanneer er een mono bronsignaal wordt
weergegeven met een CINEMA DSP
programma, zal dit signaal via het
middenkanaal worden weergegeven, terwijl
alleen eventuele door het programma
toegevoegde effecten via de voor- en surround-
luidsprekers worden geproduceerd.
De geluidsveldprogramma's zijn
uitgeschakeld.
U gebruikt een signaalbron of een
programmacombinatie waarbij niet via
alle kanalen geluid wordt geproduceerd.
Het uitgangsniveau van de midden-
luidspreker staat op een te lage waarde.
"CENTER SP" in het SET MENU staat
op NONE.
Eén van de HiFi DSP programma's
(uitgezonderd 7ch Stereo) is geselecteerd.
Het uitgangsniveau van de surround-
luidsprekers staat op een te lage waarde.
"SUR. L/R SP" in het SET MENU staat
op NONE.
Er wordt een mono bronsignaal
afgespeeld met STRAIGHT.
Surround achter-luidsprekers zijn niet
geselecteerd.
"SUR. L/R SP" in het SET MENU staat
op NONE.
"SUR. B L/R SP" in het SET MENU staat
op NONE.
"LFE/BASS OUT" staat op FRNT in het
SET MENU terwijl er een Dolby Digital
of DTS signaal wordt weergegeven.
"LFE/BASS OUT" in het SET MENU
staat op SWFR of FRNT terwijl er een 2-
kanaals bronsignaal wordt weergegeven.
Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen.
Oplossing
Controleer of de impedantie correct is ingesteld.
Controleer of de luidsprekerbedrading nergens
kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer aan.
Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron
weer af.
Druk op MUTE om de geluidsweergave te herstellen.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
Wijzig de SPEAKER LEVEL instellingen.
Kies STRAIGHT (EFFECT) om de effecten in te
schakelen.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
Stel het niveau van de midden-luidspreker hoger in.
Selecteer de juiste instelling voor uw midden-
luidspreker.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
Stel het niveau van de surround-luidsprekers hoger in.
Selecteer de juiste instelling voor de linker en rechter
surround-luidsprekers.
Druk op STRAIGHT (EFFECT) om de
geluidsveldeffecten in te schakelen.
Selecteer de surround achter-luidsprekers bij SUR. B
L/R SP.
Als NONE is ingesteld voor de linker en rechter
surround-luidsprekers, zal de surround achter-
luidspreker automatisch ook op NONE worden
ingesteld. Selecteer de juiste instelling voor uw
surround-luidsprekers.
Selecteer LRGx1 of SMLx1.
Selecteer SWFR of BOTH.
Selecteer BOTH.
Raadpleeg
bladzijde
66
—
—
31
12
58
36
48
58
56
48
58
56
—
57
56
57
57
57