Apart Leverbare Accessoires; Onderhoud Van De Besturingseenheid Poa1; Afvalverwerking; Wat Te Doen Als - Nice POA1 Anweisungen Und Hinweise Für Den Installateur

8) Apart leverbare accessoires

• Radiokaart
De besturingseenheid beschikt over een insteekgleuf voor het
insteken van een SM-radiokaart met 4 kanalen, waardoor het
mogelijk is de besturingseenheid op afstand te bedienen via zen-
ders die als volgt de ingangen aansturen:
Uitgang Ontvanger Ingang Besturingseenheid
1 Stap voor Stap
2 AUX (vooraf ingestelde waarde: Open gedeeltelijk 1)
3 "Alleen openen"
4 "Alleen sluiten"

9) Onderhoud van de besturingseenheid POA1

Voor de besturingseenheid POA1 als elektronische component is
geen enkel speciaal onderhoud vereist. Controleer echter periodiek,

9.1) Afvalverwerking

Dit product bestaat uit verschillende soorten materialen, waarvan
sommige gerecycleerd kunnen worden. Win inlichtingen over de
methoden van hergebruik of afvalverwerking in en houd u aan de
plaatselijk van kracht zijnde voorschriften.

10) Wat te doen als...

Dit is bedoeld als een richtlijn voor de installateur om hem te helpen bij het
oplossen van de meest voorkomende problemen tijdens de installatie.
Er brandt geen enkele ledlampje:
• Controleer of de besturingseenheid onder spanning staat (meet de span-
ning op de klemmetjes 9-10, een spanning van ongeveer 32Vdc is normaal).
• Controleer de 2 zekeringen, als het ledlampje led P1 niet brandt
of knippert gaat het waarschijnlijk om een ernstige storing en
dient de besturingseenheid dus verwisseld te worden.
Het ledlampje P1 knippert normaal maar de ledlampjes
van de ingangen L1, L2...L5 komen niet met de staat van
de desbetreffende ingangen overeen
• Schakel de stroomvoorziening eventjes uit om een eventuele pro-
grammeringsfase te verlaten.
• Controleer nauwkeurig de aansluitingen op de klemmetjes 11..16.
De procedure "Automatisch zoeken" gaat niet van start
• De procedure "Automatisch zoeken" wordt alleen geactiveerd als die
nooit is uitgevoerd of als het geheugen is gewist. Om te controleren of
het geheugen leeg is, dient u eventjes de stroomvoorziening uit te scha-
kelen: als u die weer inschakelt dienen alle ledlampjes 6 seconden snel
te gaan knipperen. Als ze maar 3 seconden knipperen bevat het geheu-
gen al geldige waarden. Als u een nieuwe procedure "Automatisch zoe-
ken" wilt uitvoeren, dient u het geheugen eerst compleet te wissen.
De procedure "Automatisch zoeken" is nooit uitgevoerd,
maar de procedure gaat niet van start of verloopt niet goed
• Voor het activeren van de procedure "Automatisch zoeken" dient
de gehele installatie met alle veiligheidsinrichtingen te werken.
• Vergewis u ervan dat geen enkele inrichting aangesloten op de
ingangen in werking treedt tijdens het "Automatisch zoeken".
• Een voorwaarde voor het correct starten van "Automatisch zoeken"
is dat de ledlampjes op de ingangen branden zoals dat aangegeven
is, het ledlampje P1 moet één maal per seconde knipperen.
• Bufferbatterij PS124
De besturingseenheid is erop ingericht dat de stroomvoorziening
ook van de bufferbatterij PS124 kan komen indien de elektrische
stroom uitvalt.
tenminste eens per half jaar, of de gehele installatie werkt, zoals
beschreven staat in het hoofdstuk "Eindtest".
!
Sommige elektronische onderdelen zouden vervuilen-
de stoffen kunnen bevatten: laat ze niet in het milieu verd-
wijnen.
De procedure"Automatisch zoeken"is correct uitgevoerd
maar de manoeuvre gaat niet van start
• Controleer of de ledlampjes van de beveiligingen (STOP, FOTO,
FOTO1 en even¬tueel FOTO2) branden en dat het ledlampje van
de bedieningsopdracht die geactiveerd wordt (STAP-VOOR-STAP
of AUX) gaat branden voor de duur van de bedieningsopdracht .
• Als de functie "Fototest" actief is en de fotocellen niet correct func-
tioneren, signaleert het ledlampje DIAGNOSTIEK de storing door 4
maal te knipperen.
Tijdens de manoeuvre keert de poort om
De oorzaken voor een omkering zijn:
• De fotocellen (FOTO2 bij opening, FOTO of FOTO1 tijdens sluiting)
treden in werking; controleer in dit geval de aansluitingen van de
fotocellen en verifieer eventueel de signaleringledlampjes van de
ingangen.
• De stroommeting treedt in werking wanneer de motoren draaien
(dus niet dichtbij de mechanische stops) en dit wordt als een
obstakel gezien waardoor de vleugel terugloopt. Om na te gaan of
de stroommeting in werking is gekomen dient u te tellen hoeveel
maal het ledlampje knippert.
Diagnostiek: 1 maal knipperen geeft aan dat de stroommeting op
motor 1 in werking is gekomen, 2 maal op motor 2.
NL
123