2.7. Elektromagnetische tolerantie
• Bij het aansluiten van extra of andere componenten moet u reke-
ning houden met de „Richtlijnen voor elektromagnetische tole-
rantie" (EMT ). Gelieve er bovendien op te letten, dat enkel bedek-
te kabels (max. 3 meter) voor de externe interfaces mogen worden
gebruikt.
• Behoud minstens één meter afstand van hoogfrequente en mag-
netische storingsbronnen (televisietoestel, luidsprekerboxen, GSM
enz. ) om de goede werking niet in gevaar te brengen en gege-
vensverlies te vermijden.
• Elektronische apparaten veroorzaken tijdens het gebruik elektro-
magnetische straling.
Deze straling is ongevaarlijk, maar kan wel storingen veroorzaken
in andere apparaten die in de onmiddellijke omgeving gebruikt
worden.
Onze apparaten worden in het laboratorium op hun elektromag-
netische compatibiliteit getest en geoptimaliseerd.
Storingen aan het apparaat zelf of aan de elektronica in de buurt
kunnen echter niet volledig uitgesloten worden
Indien u een dergelijke storing vaststelt, probeert u dit te verhel-
pen door de afstand tussen de apparaten te vergroten of door ze
te verplaatsen.
Zorg er vooral voor dat de elektronica van de vrachtwagen geen
storingen vertoont vooraleer weg te rijden.
2.8. Bekabeling
• Leg uw kabel zo, zodat niemand erop kan trappen of erover strui-
kelen.
• Plaats niks op de kabel om hem niet te beschadigen.
• Stekkers en kabels bij het aansluiten niet forceren. Altijd op de juis-
te oriëntatie van de stekkers letten.
• Er mogen geen grote krachten bv. van de zijkant op de aansluitin-
gen inwerken. Die kunnen uw toestel beschadigen.
• Om kortsluiting of kabelbreuk te voorkomen, de kabel niet inklem-
men of sterk buigen.
NL
FR
DE
9 van 38