Mogelijke storingen
Voor het verhelpen van iedere storing
− Toestel uitschakelen
− Wachten tot de zaag stilstaat
− Stroomtoevoer onderbreken
Na het verhelpen van iedere storing moeten alle veiligheidsvoorzieningen weer in werking gesteld en getest worden.
Storing
De machine schakelt niet in of
schakelt onbelast weer uit.
Motor bromt, maar slaat niet aan
De motor blijft tijdens het zagen
stilstaan.
Werkstuk klemt bij het naar voren
schuiven of terugtrekken
Brandvlekken op het zaagvlak
Zaagband breekt
Zaagband kromgetrokken
Zaagband loopt uit de snijlijn of
loopt af
Zaag trilt
Spanenuitlaatopening verstopt
Zaagband beweegt niet, hoewel
de motor draait
Mogelijke oorzaak
• Stroomuitval.
• Verlengkabel defect.
• Motor of schakelaar defect.
• Condensator defect
• Zaagband is stomp
• Werkstuk wordt te snel aangevoerd.
• Zaagband is stomp
• De parallelaanslag staat niet parallel met de
zaagband
• Zaagband is ongeschikt voor de bewerking of
stomp
• Verkeerde zaagspanning
• Te sterke belasting
• Onjuiste zaagband
• Te sterke zijdelingse belasting
• Zaagband loopt niet in het midden op de
bovenste bandzaagrol
• Onvoldoende bevestiging
• Zaagtafel los
• Bevestigingsschroeven van de motor zijn los
• Geen afzuiginstallatie aangesloten
• Afzuigvermogen te zwak
• Aandrijfriem los
• Aandrijfriem defect
Oplossing
• Zekering controleren
• Kabel testen, defecte kabel niet meer
gebruiken.
• Motor of schakelaar door een service-
werkplaats laten repareren of met originele
onderdelen laten vervangen.
• Condensator door de klantenservice laten
vervangen
• Zaagband vervangen
• Motor laten afkoelen en met minder druk
verder werken.
• Houd het werkstuk vast en zet de motor
onmiddellijk af. Vervang hierna de zaagband.
• Plaats de nieuwe parallelaanslag.
• Zaagband vervangen
• Zaagbandspanning opnieuw instellen
• Druk tegen de zaagband verminderen.
• Onjuiste zaagband
dun werkstuk = smalle zaagband
dik werkstuk = brede zaagband
• Zijdelingse druk op de zaagband vermijden.
• Hoek van de bovenste bandzaagrol instellen
• Zaag bevestigen op een geschikte onder-
grond
• Zaagtafel uitlijnen en bevestigen
• Bevestigingsschroeven vastdraaien
• Zaag uitschakelen, zaagsel verwijderen en
afzuiginstallatie aansluiten
• Zaag uitschakelen, zaagsel verwijderen en
afzuigvermogen
verhogen
≥ 20 m/sec op het spanenafzuigstuk.
• Aandrijfriem spannen
• Aandrijfriem vervangen
(luchtsnelheid
100