Code/betekenis
F.028
Het vlamsignaal is tijdens de
ontstekingsfase niet herkend.
F.029
De ontsteking na een vlamuitval
tijdens het bedrijf is mislukt.
F.032
Het ventilatortoerental ligt buiten
de tolerantie.
F.035
De VLT/VGA is geblokkeerd.
F.040
De hoeveelheid lucht is te ge-
ring.
0020282231_01 Installatie- en onderhoudshandleiding
Mogelijke oorzaak
Lucht in de gasleiding (bijv. bij
eerste inbedrijfstelling)
Gasstroomdruk te gering
thermische afsluitvoorziening is
geactiveerd
Condensafvoerleiding verstopt
Storing in verbrandingsgastra-
ject door recirculatie of verbran-
dingsgasblokkade
Luchtaanzuigbuis geblokkeerd
Offset gasklep in D.052 ver-
keerd ingesteld
Verkeerd ET-gasblok
Gasblok defect
Stekker op printplaat niet aan-
gesloten/los
Onderbreking in de kabelboom
Ontstekingselektrode defect
Ionisatiestroom onderbroken
Aarding foutief
Elektronica defect
Regelelektrode heeft contact
met de brander
Gastoevoer onderbroken
Storing in verbrandingsgastra-
ject door recirculatie of verbran-
dingsgasblokkade
Aarding foutief
Haperende ontsteking
Condensafvoerleiding verstopt
Regelelektrode heeft contact
met de brander
Stekker aan de ventilator niet
aangesloten/los
Stekker op printplaat niet aan-
gesloten/los
Onderbreking in de kabelboom
Ventilator geblokkeerd
Hall-sensor defect
Elektronica defect
Gasstroomdruk te gering
Storing in verbrandingsgastra-
ject door recirculatie of verbran-
dingsgasblokkade
Condensafvoerleiding verstopt
Verbrandingsluchttoevoer niet
voldoende
Regelelektrode defect
Storing in verbrandingsgastra-
ject door recirculatie of verbran-
dingsgasblokkade
Condensafvoerleiding verstopt
Gasstroomdruk te gering
Verkeerde gassoort (bijv. pro-
paan)
Offset gasklep in D.052 ver-
keerd ingesteld
Maatregel
▶
Reset het product eenmalig.
▶
Controleer de gasstroomdruk.
▶
Controleer de thermische afsluitvoorziening.
▶
Controleer de condensafvoerleiding.
▶
Controleer het complete verbrandingsgastraject.
▶
Controleer de luchtaanzuigbuis.
▶
Controleer de offsetinstelling van het gasblok.
▶
Controleer het ET-gasblok.
▶
Controleer het gasblok.
▶
Controleer de stekker en de stekkerverbinding.
▶
Controleer de kabelboom.
▶
Vervang de ontstekingselektrode.
▶
Controleer de regelelektrode, de verbindingskabel en de stek-
kerverbinding.
▶
Controleer de aarding van het product.
▶
Controleer de printplaat.
▶
Controleer de afstand tussen regelelektrode en brander.
▶
Controleer de gastoevoer.
▶
Controleer het complete verbrandingsgastraject.
▶
Controleer de aarding van het product.
▶
Controleer of de ontstekingstransformator goed functioneert.
▶
Controleer de condensafvoerleiding.
▶
Controleer de afstand tussen regelelektrode en brander.
▶
Controleer de stekker aan de ventilator en de stekkerverbin-
ding.
▶
Controleer de stekker en de stekkerverbinding.
▶
Controleer de kabelboom.
▶
Controleer of de ventilator goed functioneert.
▶
Vervang de Hall-sensor.
▶
Controleer de printplaat.
▶
Controleer de gasstroomdruk.
▶
Controleer het complete verbrandingsgastraject.
▶
Controleer de condensafvoerleiding.
▶
Controleer de verbrandingsluchttoevoer.
▶
Vervang de regelelektrode.
▶
Controleer het complete verbrandingsgastraject.
▶
Controleer de condensafvoerleiding.
▶
Controleer de gasstroomdruk.
▶
Controleer de gassoort en de gassoortinstelling.
▶
Controleer de offsetinstelling van het gasblok.
191