heidskleppen schoon en vrij van verstoppingen zijn. De afdich-
tring moet schoon en correct geïnstalleerd zijn. Aan het einde
van een kookproces klinkt een signaal voordat de stoom vrij-
komt.
∙ Zorg ervoor dat de afvoerklep niet bedekt is.
∙ Wanneer er een verlengkabel wordt gebruikt, moet deze een
doorsnede van 1,5 mm² hebben.
∙ Als een GS-geteste 16 A multi-pin extensie wordt gebruikt, wordt
deze met niet meer dan 3680 watt belast wegens brandgevaar.
∙ Zorg ervoor dat kinderen niet met de kabel kunnen spelen of
erover struikelen.
∙ Het apparaat moet altijd worden losgekoppeld van de stroom-
voorziening als het niet onder toezicht staat en voor montage,
demontage of reiniging.
∙ Hygiëne: Maak altijd het apparaat schoon om bacteriën en
schimmelvorming te voorkomen.
Reiniging
∙
Let op! Haal de stekker uit het stopcontact voordat
u hem schoonmaakt en laat hem eerst afkoelen.
∙ Dompel het apparaat nooit onder in water.
∙ Gebruik geen schuurmiddelen, ovenspray of oplosmiddelen.
∙ Trek de afdichtring uit het deksel en verwijder alle kookresten.
Plaats vervolgens de afdichtring correct terug in het deksel. Als
er bij een volgend gebruik geen druk in het apparaat wordt
opgebouwd, controleer dan of de afdichtring correct zit.
∙ Spoel het overdrukventiel en het condensaatreservoir schoon
en plaats ze volledig in het deksel.
∙ Veeg de behuizing af met een vochtige doek en een beetje af-
wasmiddel.
∙ Zorg ervoor dat er geen resten op de verwarmingsplaat en de
bodem van de kookpot achterblijven, zodat de werking niet
wordt beïnvloed.
∙ De accessoires kunnen in de vaatwasmachine worden gereini-
gd.
38