GEBRUIK VAN HET AUTOSTOELTJE
Hellingshoek van het autostoeltje
instellen
•
Bedien met één hand de hendel voor hoekverstel-
ling onderaan aan de voorkant van de zitschaal.
•
Houd met de andere hand de rugleuning van de
zitschaal naar achteren en stel de hoek in.
•
Als het autostoeltje achterwaarts gericht wordt
gebruikt, plaats het dan altijd in de maximale ligstand.
(Positie 4)
•
In de voorwaarts gerichte positie (76-105 cm li-
chaamslengte) kan elk van de drie mogelijke hel-
lingshoeken (positie 1 + 2 + 3) worden geselecteerd.
Kinderzitje draaien
•
Trek met één hand aan de hendel aan de voorkant
van de stoel en draai de zitschaal met de andere
hand. De hendel kan worden losgelaten bij het
draaien van de zitschaal.
•
Het stoeltje beschikt over vier vergrendelposities:
op 90, 180, 270 en 0 van 360 graden ten opzichte
van de basis. De zitschaal klikt hoorbaar vast wanneer
het op een van deze posities wordt gedraaid.
•
De posities 1 + 2 + 3 zijn alleen bestemd voor gebruik
in de rijrichting. Positie 4 is uitsluitend bestemd
voor gebruik tegen de rijrichting in. Positie 4 wordt
automatisch ingesteld wanneer het autostoeltje in
positie 1 in de rijrichting wordt geplaatst en vervol-
gens 180 graden wordt gedraaid.
Alleen voorwaarts gericht
- 45 -
4, 3 2 1
Alleen achterwaarts gericht
0/360°
270°
90°
180°
NL