Nilfisk RS 501 Betriebsanleitung Seite 159

Ongemak
AFVALCONTAINER EN DE BETREFFENDE KLEP
De afvalcontainer gaat niet omhoog/kantelt niet
De afvalcontainer keert niet terug in horizontale
stand/omlaag
De klep van de afvalcontainer opent/sluit niet
SPUITMONDEN INSTALLATIE STOFBESTRIJDING
Er komt geen water uit de spuitmonden
Er komt geen water naar de spuitmonden
De waterpomp stopt niet
STUURINRICHTING
De machine rijdt niet in een rechte lijn
Het sturen gaat zwaar
REMMEN
De machine remt niet genoeg
De parkeerrem remt niet genoeg
STABILITEIT
De machine in beweging heeft weinig stabiliteit
WIELEN
De achterwielen maken lawaai
AANDRIJFVERMOGEN
De machine heeft weinig aandrijfvermogen
De machine heeft geen aandrijfvermogen
Waarschijnlijke oorzaak
Onvoldoende druk
Verdeler is geblokkeerd
Pakkingen van de cilinders zijn versleten
Aandrijfmechanisme defect
Water op
Pomp is niet ingeschakeld
Waterfi lter verstopt
Spuitmonden verstopt
Relais waterpompen is doorgebrand
Pomp werkt niet
Schakelaar waterpomp niet ingeschakeld
De zekering is doorgebrand
Relais waterpompen is doorgebrand
Pakking is geblokkeerd
Het toespoor van de achteras is niet juist
Defect in stuurbekrachtiging
Voorkeurklep defect
Hydraulische cilinder voor de inschakeling van
de sturende wielen is defect
Tekort aan remolie
Remblokjes zijn versleten of smerig
Er zit lucht in de installatie
Cilinder trommelremmen defect
Pomp remolie is defect
Rem is niet goed afgesteld
De banden zijn niet op de juiste spanning
opgepompt
Lagers van de wielen zijn versleten
Snelheidspedaal is defect
Omloopklep is open
Afname van vermogen van de pomp voor het
aandrijvingsysteem
De motoren van het aandrijvingsysteem zijn
versleten
De schroef voor uitschakeling van de
pomp voor het aandrijvingsysteem voor
vereenvoudiging van de trekbeweging van de
machine is geactiveerd
Olielekkage van hydraulisch circuit
De pomp voor het aandrijvingsysteem is kapot
De motor voor het aandrijvingsysteem is kapot
RS 501
GEBRUIKSAANWIJZING
Herstelactie
Verhoog de druk
Repareren
Reviseer de cilinders
Vervangen
Vul het reservoir
Schakel de pomp
Reinigen/vervangen
Reinigen
Vervangen
Repareren/vervangen
Inschakelen
Vervangen
Vervangen
Repareren
Afstellen
Vervangen
Vervangen
Vervangen
Controleer het oliepeil van de remmen
Vervangen
Ontlucht de installatie
Vervangen
Reviseren
Afstellen
Controleer de bandenspanning
Vervangen
Vervangen
Controleer of de schroeven van de omloopklep
goed zijn aangehaald
Controleer de oliedruk van de hydraulische
installatie op de pomp van het
aandrijvingsysteem
Vervangen
Uitschakelen
Repareren
Vervangen
Vervangen
33015501(3)2008-02 A
NEDERLANDS
35