F
GB
D
E
I
BEDIENING
een terugslag (A) kunnen veroorzaken.
Tijdens kortzagen dient u heuvelopwaarts te staan,
zodat het afgezaagde stuk van de stam niet over u
heen kan rollen.
Soms is het onmogelijk om het afknellen van de
ketting te voorkomen (met alleen de standaard
zaagtechnieken) of is het moeilijk om te voorspellen
op welke wijze een stam zich gedraagt tijdens het
zagen.
KORTZAGEN MET EEN WIG (afb. 27)
Als de stamdiameter groot genoeg is om een zaagwig
(B) te plaatsen zonder dat deze de ketting raakt, dient u
een wig te gebruiken om de zaagsnede open te houden
en afknellen te voorkomen.
BOOMSTAMMEN ONDER SPANNING KORTZAGEN
(afb. 28)
(C) BOOMSTAM ONDERSTEUND AAN EEN UITEINDE
(D) BOOMSTAM ONDERSTEUND AAN BEIDE
UITEINDEN
Maak de eerste zaagsnede (E) 1/3 door de stam en
maak het af door de stam van de andere kant 2/3 (F)
door te zagen. Terwijl u de stam zaagt, zal deze de
neiging hebben om door te buigen. Hierdoor kan de zaag
worden afgekneld of vast komen te zitten in het hout als
u de eerste zaagsnede dieper maakt dan 1/3 van de
stamdiameter.
Wees bijzonder behoedzaam bij stammen onder
spanning (G) om te voorkomen dat zwaard en ketting
worden afgekneld.
KORTZAGEN VAN BOVENAF (afb. 29)
Begin aan de bovenkant van de stam met de onderkant
van het zwaard. Oefen een lichte druk omlaag uit. Wees
erop bedacht dat de kettingzaag de neiging heeft om zich
naar voren te trekken.
KORTZAGEN VAN ONDERAF (afb. 30)
Begin aan de onderkant van de stam met de bovenkant
van het zwaard tegen de stam. Oefen een lichte druk
omhoog uit.
Tijdens het kortzagen van onderaf zal de zaag de
neiging hebben u terug te duwen. Wees op deze reactie
voorbereid en houd de zaag stevig vast om de macht
erover te bewaren.
SNOEIEN EN INKORTEN (afb. 31-32)
NL
P
S
DK
N
FIN GR HU
CZ RU
Nederlands
Haast u niet bij het werk en houd de kettingzaag
stevig met beide handen vast. Zorg dat u altijd goed
uw evenwicht kunt bewaren.
Blijf op veilige afstand van de tak die aan het
doorzagen bent. Zaag vanaf de kant van de boom die
zich tegenover de tak bevindt die u zaagt.
Gebruik de kettingzaag niet op een ladder: dit is
buitengewoon gevaarlijk. Dit soort werk is
voorbehouden aan personen die van bomen snoeien
hun vak hebben gemaakt.
Zaag niet boven borsthoogte omdat een hoog
gehouden zaag moeilijker onder controle is te houden
bij een terugslag.
WAARSCHUWING
Klim nooit in een boom om een tak af te zagen of
om te gaan snoeien. Ga niet op een ladder, een
platform, een boomstam of in een andere positie
staan waardoor u uw evenwicht of de macht over
het apparaat kunt verliezen.
Bij het snoeien van bomen is het belangrijk dat u niet
langs de stam zaagt of grote takken afzaagt zonder
eerst het uiteinde ervan te hebben afgezaagd om het
gewicht te verminderen. Zo voorkomt u dat de schors
inscheurt bij de stam.
1. Bij de eerste zaagsnede (A) zaagt u de tak van
onderaf 1/3 door.
2. Zaag de tak van bovenaf door om deze te laten
vallen (B).
3. Zaag de tak vervolgens glad af langs de hoofdstam
(C), terwijl u het zwaard langzaam doorduwt, zodat
het schors teruggroeit en de zaagsnede bedekt.
WAARSCHUWING
Wanneer takken boven borsthoogte moeten
worden gesnoeid, moet u hiervoor een vakman
inhuren.
GEBOGEN TAKKEN ZAGEN (afb. 33)
Met een gebogen tak (A) bedoelen we in deze
handleiding elke stam, tak, boomstronk of twijg die onder
spanning gebogen staat door een ander stuk hout zodat
het in zijn oorspronkelijke positie terugspringt zodra het
hout dat de gebogen tak in zijn positie houdt, wordt
gezaagd of verwijderd. Bij een omgevallen boom is de
kans groot dat een in de grond gewortelde boomstronk
terugspringt in zijn oorspronkelijke positie tijdens het
zagen om de stam van de stronk te scheiden. Pas op
voor takken onder spanning, deze zijn gevaarlijk.
126
RO PL SLO HR TR EST LT
LV
SK BG