Algemene Veiligheid; Storingsoverzicht - Biral VariA Serie Montage- Und Betriebsanleitung

nederlands

13. Algemene veiligheid

Voor aanvang van de onderhoudswerk-
zaamheden moet de pomp onvoorwaardelijk
buiten bedrijf worden gesteld, alle polen
moeten van het net worden gescheiden
en de pomp moet tegen weer inschakelen
worden beveiligd. Uitvoering alleen
door gekwalificeerd personeel.

14. Storingsoverzicht

Fout
1. Motor loopt niet aan, wanneer hij wordt ingeschakeld
2. Motorbeveiligingsschakelaar spreekt direct aan,
wanneer wordt ingeschakeld
3. Motorbeveiligingsschakelaar spreekt soms aan
4. Motorbeveiligingsschakelaar heeft niet aangesproken,
pomp loopt echter niet
5. Pompprestaties instabiel
6. Pomp loopt, transporteert echter geen water
7. Pomp draait na uitschakelen
in de tegenovergestelde richting.
8. Lekke asafdichting (glijringafdichting)
9. Lawaai
Aanraakbare spanningen!
Verbrandingsgevaar
door uittredend medium!
Risico van brandwonden
door hete oppervlakken!
Oorzaak
a) Geen stroomtoevoer naar motor
b) Zekering doorgebrand
c) Motorbescherming heeft aangesproken
d) Schakelcontacten of de spoel
van het schakelmechanisme is defect
e) Zekering van de besturing defect
f) Motor defect
a) Een zekering doorgebrand
b) Motorbeveiligingsschakelaar-contacten defect
c) Kabelverbinding los of defect
d) Motorwikkeling defect
e) Pomp mechanisch geblokkeerd
f) Motorbeveiligingsschakelaar te laag ingesteld
of heeft verkeerd bereik
a) Motorbeveiligingsschakelaar te laag ingesteld
b) Netspanning aan de pomp te laag of te hoog
c) Drukverschil over de pomp te laag,
dan wel motor overbelast
a) punten 1a), b), d), e) en f) controleren
a) Aanzuigleiding te nauw of gebogen inlaat
(bijv. bocht bij zuigverbinding)
b) Aanzuigleiding/pomp vuil
c) Pomp zuigt lucht aan
a) Aanzuigleiding/pomp als gevolg
van verontreinigingen verstopt
b) Voet- of terugslagklep geblokkeerd
in gesloten stand
c) Aanzuigleiding is niet dicht
d) Lucht in de aanzuigleiding of in de pomp
e) Motor loopt met verkeerde draairichting
a) Aanzuigleiding is niet dicht
b) Voet- of terugslagklep defect
c) Voet- of terugslagklep geblokkeerd in open
dan wel gedeeltelijk open stand
a) Verkeerde montage van de asafdichting
b) Asafdichting defect
c) Schurende toeslagen
d) lucht in de glijringafdichting-ruimte/
lucht in de systeemdruk
a) Cavitatie in de pomp
b) Frequentieomvormer in werking
c) Vreemde voorwerpen in de pomp/waaier
d) Niet voldoende ontlucht
71