Lagrange Ligne Bedienungsanweisung Seite 32

Nr. Probleem
U hebt halfvolle of magere melk gebruikt.
De melk heeft dus een laag eiwitgehalte
waardoor de yoghurt niet goed 'pakt'.
De gist werkt niet meer.
De yoghurt is te
1
De yoghurt was tijdens de bereiding open, of
vloeibaar
werd verplaatst.
De yoghurtpotjes waren niet goed
schoongemaakt of omgespoeld.
Er werd rauw fruit toegevoegd bij de
bereiding.
De yoghurt is te
2
De fermentatietijd was te lang.
zuur
Het stremsel is te oud.
De kaas komt niet De gist werkt niet meer.
3
los van de vorm
De melk is van "slechte" kwaliteit.
De gist werkt niet meer.
De melk is van "slechte" kwaliteit.
De kaas heeft
4 een te vloeibare
De kaas is niet goed uitgelekt.
consistentie
De kaasmandjes zijn niet goed gereinigd of
gespoeld.
De gist was te oud (hergebruik werkt niet
De kaas heeft
meer).
5 een korrelige
Te lange bereidingstijd.
consistentie
Het mengsel is niet gelijkmatig.
U hebt teveel stremsel aan het mengsel
6 De kaas is te bitter
toegevoegd.
Oorzaak
Wij adviseren u om volle melk te gebruiken of poedermelk toe te voegen (5 theelepels) aan halfvolle of
magere melk.
Gebruik yoghurt van een ander merk.
Mijn hergebruikte yoghurt werkt niet meer (maximaal 5 maal).
Let op, zelfs kleine trillingen zoals die van een
werkende koelkast kunnen het 'pakken' van de yoghurt hinderen. Tocht en temperatuurschommelingen
kunnen ook van invloed zijn op het 'pakken' van de yoghurt.
Controleer altijd of er geen resten van vuil of vaatwasmiddel zijn achtergebleven in de yoghurtpotjes.
Gaar fruit altijd voordat u het toevoegt bij de bereiding want een te hoog zuurgehalte doodt de gistcellen
waardoor de yoghurt niet goed 'pakt'. Gebruik bij voorkeur compote of jam.
Gebruik een kortere fermentatietijd bij de volgende bereiding.
Houd u aan de uiterste gebruiksdatum.
Gebruik verse kaas (fromage blanc) van een ander merk.
Mijn hergebruikte verse kaas werkt niet meer (maximaal 5 maal).
Gebruik melk van een ander merk.
Gebruik bij voorkeur verse volle melk voor het beste resultaat.
Gebruik nieuwe gist of verhoog de dosis iets.
U kunt de gemaakte kaas gebruiken voor een volgende bereiding, waarbij u melk toevoegt van een
betere kwaliteit.
Laat de kaas wat langer uitlekken.
Giet de wei af zodat de kaas er niet ingedompeld staat.
Controleer altijd of er geen resten van vuil of vaatwasmiddel zijn achtergebleven in de kaasmandjes.
Klop de kaas met een garde en neem andere gist bij een volgende bereiding.
Klop de verse kaas met een garde.
Klop de gistcultuur goed voordat u de melk toevoegt.
Pas het aantal druppels stremsel aan, raadpleeg hierbij de doseringstabel en de tijdsinstelling.
Oplossing
32