8.3
MOTOROLIE ______________________________________________________________
Controleer de motorolie aan het begin van de dag
voordat u de motor start. Als het olieniveau laag is,
verwijder de olievulkap en voeg olie zoals vereist toe.
Voer een eerste olieverversing uit na de eerste 20
bedrijfsuren. Ververs de olie daarna na elke 100
bedrijfsuren.
Zie
de
handleiding
aanvullende informatie.
Na het bijvullen of verversen van olie dient de motor te
worden gestart en 30 seconden stationair te draaien
terwijl alle aandrijvingen 30 seconden ontkoppeld
worden. Schakel de motor uit. Wacht 30 seconden en
controleer het oliepeil. Voeg olie toe tot de markering
'FULL' op de peilstok.
Gebruik uitsluitend SAE 10W30-motoroliën met API-
classificatie SG.SF/CC.CD.
8.4
BRANDSTOF _____________________________________________________________
Hanteer brandstof voorzichtig - het is bijzonder
ontvlambaar. Gebruik een geschikte recipiënt. De tuit
moet in de brandstofvulnek passen. Vermijd het gebruik
van bussen en trechters om brandstof te vervoeren.
!
WAARSCHUWING
Verwijder nooit de brandstofdop van de brandstoftank
en vul nooit brandstof bij terwijl de motor draait of als
de motor warm is.
Rook niet wanneer u brandstof hanteert. Vul of leeg
de brandstoftank nooit binnenshuis.
Mors geen brandstof en kuis gemorste brandstof
onmiddellijk op.
Hanteer nooit en bewaar nooit brandstofrecipiënten bij
een open vlam of enig apparaat dat vonken kan
genereren en de brandstof of brandstofdampen kan
laten ontbranden.
Zorg dat u de brandstofdop stevig terugplaatst en
vastdraait.
van
motorfabrikant
voor
Olievuldop
Bovenste olieniveau
• Sla de brandstof conform lokale en nationale
verordeningen
brandstofleverancier op.
• Doe de tank nooit te vol en laat de tank nooit helemaal
leeg raken.
• Gebruik schone, verse, gewone loodvrije benzine met
een minimum octaangehalte van 86. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing
brandstofaanbevelingen
brandstofmengsel gebruikt.
• Raadpleeg de motorhandleiding voordat u met zuurstof
verrijkte (vermengde) brandstof gebruikt.
• Vul niet tot boven de brandstofvulnek.
ONDERHOUD
en
richtlijnen
van
van
de
motor
wanneer
8
Afb. 8A
uw
voor
u
een
nl-29