NL
5 Keuze en instelling van de autostoel
5.1 Instelling van de autostoel
Raadpleeg het handboek van uw auto voor elementaire infor-
matie over het gebruik van kinderzitjes / autostoeltjes (A).
Indien de inbouw wordt belemmerd door een hoofdsteun, moet deze in de
bovenste stand worden gebruikt of verwijderd worden (afb. 5).
Door de beweegbare rugleuning (C) van de Cruiserfix 3 is gegarandeerd dat
deze tegen de rugleuning van de autostoel aanligt. Zet de verstelbare rugleuning
van de auto in een overeenkomstige stand.
5.2 Zitplaats voor de universele inbouw
Het kinderstoeltje (A) Cruiserfix 3 kan in auto's worden ingebouwd op elke
zitplaats die voorzien is van een 3-puntsgordel (afb. 6).
De Cruiserfix 3 kan eveneens worden gebruik op naar achteren gerichte auto-
stoelen die over een 3-puntsgordel beschikken (afb. 6).
* Wanneer de autoproducent kinderstoeltjes op de bijrijdersstoel toestaat, moet
deze in de achterste stand worden gezet.
Wanneer u de Cruiserfix 3 universeel (zonder k-fix + ) inbouwt,
!
moeten de connectoren (E) worden ingetrokken.
5.3 Zitplaats voor de semi-universele inbouw
De semi-universele inbouw van het kinderstoeltje (A) is alleen mogelijk autostoelen
die voorzien zijn van ISOFIX-verankeringen. Via deze ISOFIX-verankeringspunten
kan de Cruiserfix 3 met behulp van de k-fix
worden met de autostructuur.
+
connectoren (E) vast verbonden
34