7. Inzet
Het meettoestel dient voor een snelle en storingsvrije opsporing van
verborgen vochtverspreidingen volgens de microgolfmethode tot een
materiaaldiepte van 30 cm.
Bij het gebruik van het meettoestel wordt verondersteld dat de ge-
bruiker vertrouwd is met de speciale kenmerken van een microgolf-
meting, zoals uitgelegd in het hoofdstuk over de meetmethode in deze
handleiding.
E - 14
Het meetproces
Voor het registreren van meetwaarden dient u als volgt
te werk te gaan:
1. Schakel het toestel in.
2. Kalibrering: het toestel beschikt over een elektronische zelf-
kalibreerfunctie. Bij wijze van werkingscontrole houdt u het
meettoestel na het inschakelen in de lucht, minstens 50 cm
verwijderd van alle vaste materialen. De zelfkalibrering vindt
automatisch plaats en is afgesloten wanneer het akoestisch
signaal verdwijnt. De weergegeven waarde moet schommelen
tussen 0 en 5 digits. Daarna is het meettoestel gereed om te
meten.
Gebruiksaanwijzing – Nederlands