Aansluitingen tot stand brengen
Als uw auto uitgerust is met een elektrisch
bediende antenne zonder relaisdoos, kan de
antenne beschadigd raken als u dit apparaat
aansluit met de bijgeleverde voedingskabel .
Naar de luidsprekeraansluiting van de auto
1
Achterluidspreker
(rechts)
2
3
Voorluidspreker
(rechts)
4
5
Voorluidspreker
(links)
6
7
Achterluidspreker
(links)
8
Naar de voedingsaansluiting van de auto
12
Continue voeding
Bediening elektrische
13
antenne/eindversterker
(REM OUT)
Geschakelde voeding
14
voor verlichting
15
Geschakelde voeding
16
Aarding
Eenvoudige subwooferaansluiting
U kunt een subwoofer zonder eindversterker
gebruiken door deze aan te sluiten op een
achterluidsprekerkabel.
Paars
Paars/zwart
gestreept
Grijs
Grijs/zwart
gestreept
Wit
Wit/zwart
gestreept
Groen
Groen/zwart
gestreept
Geel
Blauw/wit
gestreept
Oranje/wit
gestreept
Rood
Zwart
Voorluidspreker
Subwoofer
Opmerkingen
De achterluidsprekerkabels moeten voorbereid zijn.
Voorkom beschadiging van de unit door een
subwoofer met een impedantie van 4 Ω tot 8 Ω en
met voldoende vermogen te gebruiken.
Aansluiting voor in stand houden van het
geheugen
Als de gele voedingskabel aangesloten is, wordt
het geheugencircuit altijd gevoed, zelfs wanneer
het contact van de auto uitgeschakeld is.
Luidsprekeraansluiting
Schakel het apparaat uit voor u de luidsprekers
aansluit.
Voorkom beschadiging van de unit door
luidsprekers met een impedantie van 4 Ω tot 8 Ω
en met voldoende vermogen te gebruiken.
Voedingsaansluitingsschema
Controleer de auxiliaire voedingsaansluiting van uw
auto en zorg ervoor dat de kabels afhankelijk van
de auto correct aangesloten zijn.
Auxiliaire voedingsaansluiting
Gewone aansluiting
Rood
Geel
12
Continue voeding
15
Geschakelde voeding
Wanneer de posities van de rode en gele
kabels omgekeerd zijn
Rood
Geel
12
Geschakelde voeding
15
Continue voeding
Rood
Geel
Geel
Rood
Rood
Geel
Geel
Rood
35
NL