Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
Signaallampje
Het signaallampje geeft de status van elektro-afrasteringsapparaat en batterij aan:
Geeft aan
De batterijspanning is in orde.
Het elektro-afrasteringsapparaat
werkt en de uitgangsspanning
van het elektro-afrasterings-
apparaat is in orde.
De batterijspanning is onder
11,8 V gedaald.
De batterijspanning is laag.
Het signaallampje knippert elke
1,5 seconden rood.
Signaallampje
Het signaallampje gaat twee
seconden groen branden als het
elektro-afrasteringsapparaat voor
het eerst wordt ingeschakeld.
Het signaallampje knippert elke
1,5 seconden groen.
Het signaallampje knippert elke
drie seconden groen (alleen
indien aangesloten op een 12 V
externe batterij)
Het signaallampje gaat twee
seconden rood branden als het
elektro-afrasteringsapparaat voor
het eerst wordt ingeschakeld.
Het elektro-afrasteringsapparaat
werkt, maar de uitgangsspanning
van het apparaat is laag (minder
dan 3 kV).
Actie
Externe 12 V batterij laden of
vervangen.
Interne 9 V batterij vervangen.
Externe 12 V batterij laden of
vervangen.
Overtuig u ervan dat alle verbindin-
gen met de afrastering en de aard-
paal in orde en veilig zijn. Verwijder
corrosie indien nodig.
Controleer of de aardpen stevig in
de grond steekt. Controleer of er
storingen in de afrastering zijn die
door bomen of vegetatie worden
veroorzaakt. Verwijder eventuele
hindernissen en repareer de afraste-
ring. Controleer of de capaciteit van
het elektro-afrasteringsapparaat bij
de lengte van de afrastering past.
Kort de afrastering zo nodig in of
verminder het aantal draden. Een
andere mogelijkheid is de afraste-
ring in kleinere zones te verdelen,
met een afzonderlijk elektro-afraste-
ringsapparaat voor elke zone.
51
Werbung
Inhaltsverzeichnis
