V an af d e g ron d ( 3 5 s t ap p e n )
1. Beoordeel de lichamelijke toestand van de zorgvrager.
Gebruik de tilband niet als de zorgvrager een hoofd-, nek-,
rug- of heupletsel heeft. (Volg de plaatselijke procedure).
2. Leg een kussen onder het hoofd van de zorgvrager.
( Z i e F i g . 1 1 )
3. Zorg ervoor dat de zorgvrager op een plaats ligt die
toegankelijk is voor de tillift. Verplaats de zorgvrager
zo nodig met behulp van een Arjo glijlaken/glijrol. Zie
de gebruiksaanwijzing van het betreffende glijlaken/de
betreffende glijrol.
4. Controleer of de baleinen, indien van toepassing, volledig
in de houders zijn gestoken.
5. I s d e z o rg v rag e r i n s t aat om t e z i t t e n ? Z o ja,
g a n aar d e v ol g e n d e s t ap . Z o n e e , g a n aar s t ap 9 .
6. Z org v rag e r i s i n s t aat om t e z i t t e n : Ga achter
de zorgvrager staan en help hem/haar om te gaan zitten.
7. Plaats de tilband over de rug en het hoofd van de zorgvrager
met de binnenzijde van de tilband tegen de zorgvrager aan.
Het tilbandetiket bevindt zich aan de buitenzijde.
8. Zorg ervoor dat de middenlijn is uitgelijnd met de ruggen-
graat van de zorgvrager, te beginnen bij het stuitbeen
of vanaf de zitting. G a v e rd e r me t s t ap 1 6 .
9. Z org v rag e r i s n i e t i n s t aat om t e z i t t e n : Vouw
de tilband in de lengte langs de middenlijn, met de
buitenkant naar buiten gericht. Het tilbandetiket bevindt
zich aan de buitenzijde.
10. Rol de zorgvrager op de zij (gebruik daarvoor een ter
plaatse gebruikelijke techniek). ( Z i e F i g . 1 2 ) Als rollen
niet mogelijk is, gebruik dan een glijlaken/glijrol van Arjo
om de tilband te plaatsen. Zie de gebruiksaanwijzing van
het betreffende glijlaken/de betreffende glijrol.
N L
11. Plaats de gevouwen tilband over de zij van de zorgvrager.
Zorg ervoor dat de middenlijn is uitgelijnd met de ruggen-
graat van de zorgvrager, te beginnen bij het stuitbeen. Trek
de beenslips in de richting van de benen. ( Z i e F i g . 1 3 )
12. Vouw het bovenste deel van de tilband terug en duw het
onder de rug van de zorgvrager. Gebruik een glijlaken/
glijrol van Arjo om de tilband onder de zorgvrager
te plaatsen. Zie de gebruiksaanwijzing van het betreffende
glijlaken/de betreffende glijrol.
F i g . 1 1
13. Draai de zorgvrager via de omrolmethode op de andere zij.
14. Trek het resterende deel van de tilband onder het lichaam
van de zorgvrager uit.
15. Leg de zorgvrager terug op zijn/haar rug.
16. Zorg ervoor dat: ( Z i e F i g . 1 3 )
de tilband gecentreerd is en vlak ligt zonder vouwen;
•
de hoofdsteun van de tilband de nek-/hoofdzone bedekt;
•
de tilbanddelen onder de zorgvrager niet gedraaid zitten.
•
17. Plaats de tillift zijdelings met de liftpoten helemaal open.
De ene zorgverlener moet dicht bij het hoofd van de
zorgvrager staan en het hoofd en het haar van de zorgvrager
goed in de gaten houden. De andere zorgverlener moet
de benen van de zorgvrager omhoog tillen.
18. Plaats één poot van de tillift bij het hoofd en de andere
poot onder de benen van de zorgvrager. Let erop dat het
tiljuk boven de schouders van de zorgvrager is geplaatst.
( Z i e F i g . 1 4 )
19. Laat het tiljuk zakken.
W A A R S C H U W I N G
W an n e e r u h e t t i l ju k l aat z a k k e n of i n s t e l t , d i e n t
u g oe d op t e l e t t e n om l e t s e l b i j d e z o rg v rag e r
t e v oork ome n .
20. Plaats de beenslips onder de benen van de zorgvrager.
Gebruik een glijlaken/glijrol van Arjo wanneer
u de beenstraps plaatst, om huidletsel te voorkomen.
Zorg ervoor dat de beenstraps helemaal rondom zijn
geplaatst en niet gedraaid zijn. Zie de gebruiksaanwijzing
van het betreffende glijlaken/de betreffende glijrol.
W A A R S C H U W I N G
Z or g e r v oor d a t d e arm e n v a n d e z or g v ra g e r z i c h
b i n n e n d e t i l b a n d b e v i n d e n , om l e t s e l t e v oor k om e n .
21. Verzeker u ervan dat de armen van de zorgvrager zich
binnen de tilband bevinden.
22. Bevestig de schouderlussen.
23. Til het hoofd van de zorgvrager iets omhoog.
24. Breng de tillift/het tiljuk dichter bij de benen
van de zorgvrager.
25. Zet de tillift nooit op de rem.
F i g . 1 2
102
F i g . 1 3