Plaatsing Van De Waterpomp; Ingebruikname - Conrad 55 14 52 Bedienungsanleitung

8. Plaatsing van de waterpomp

• Bevestig een voldoende sterk, waterbestendig zeil aan het handvat (2) om de waterpomp vb. in de waterput te laten
zakken.
De waterpomp mag nooit boven het netsnoer of de slang worden bevestigd! Daarbij kan het snoer
beschadigd worden. Er bestaat levensgevaar door elektrische schokken!
Maak het zeil aan een geschikte houder vast.
Plaats de waterpomp niet met de aanzuigopening in vuil, modder of bladresten, vb. in een regenton, aangezien
hierdoor de pomp verstopt.
• Voor de aansluiting van de slang moet de meegeleverde L-vormige slangadapter worden gebruikt. Naargelang de
slangdiameter die wordt gebruikt, moet de slangadapter overeenkomstig worden verkort. Er moet ook worden
bepaald wanneer de schroefdraad van de slangadapter voor de aansluiting moet worden gebruikt.

9. Ingebruikname

• Selecteer eerst de gewenste bedrijfsmodus („MANUAL" = handmatig of „AUTO" = automatisch) met de draaiknop
(5) bovenaan de waterpomp.
In de handmatige modus („MANUAL") werkt de waterpomp voortdurend, in de automatische modus („AUTO") is
de vlotterschakelaar actief en schakelt de waterpomp afhankelijk van de waterstand in of uit.
Trek eerst de draaiknop (5) naar boven en draai deze aansluitend een stukje naar links tot hij in de gewenste positie
(„AUTO" of „MANUAL") vastklikt.
• Nadat u de waterpomp aan een zeil in de waterput hebt laten zakken, steekt u de stekker in een volgens de
voorschriften geïnstalleerde contactdoos met randaarding.
Voor buitenshuis gebruik moet het om een IP44-contactdoos gaan.
De stekker mag uitsluitend in de contactdoos worden gestopt, wanneer deze droog is. In het andere geval
bestaat levensgevaar door een elektrische schok!
• Als de handmatige modus gekozen is resp. als de pomp in het water is en de vlotterschakelaar geactiveerd werd,
zal de pomp onmiddellijk beginnen te werken.

Het kan een ogenblik duren vooraleer er water gepompt wordt daar er eerst lucht uit de pomp moet
ontwijken.
• Bij de automatische modus („AUTO") wordt de waterpomp via de geïntegreerde vlotterschakelaar uitgeschakeld
als het waterpeil onder een bepaald niveau zakt of ingeschakeld wanneer het waterpeil opnieuw stijgt.
• Wanneer u de waterpomp niet meer nodig hebt, haalt u de stekker uit de contactdoos.
All manuals and user guides at all-guides.com
49