De valrichting bepalen
1. Bepaal in welke richting de boom moet vallen.
De boom moet zodanig vallen dat u de stam
gemakkelijk kan snoeien en zagen. Het is belangrijk
dat u stabiel staat en veilig kan bewegen.
WAARSCHUWING:
gevaarlijk of niet mogelijk is de boom
in zijn natuurlijke richting te laten vallen,
laat de boom dan in een andere richting
vallen.
2. Bepaal de natuurlijke valrichting van de boom. Denk
bijvoorbeeld aan de helling en kromming van de
boom, windrichting, locatie van de takken en het
gewicht van sneeuw.
3. Controleer of er obstakels zijn, zoals andere bomen,
hoogspanningsmasten, wegen en/of gebouwen.
4. Controleer de stam op beschadigingen en rotte
plekken.
WAARSCHUWING:
plek in de stam kan tot gevolg hebben
dat de boom valt voordat u hem volledig
hebt doorgezaagd.
5. Zorg dat de boom vrij is van beschadigde of dode
takken die kunnen afbreken en u raken tijdens het
vellen.
6. Zorg dat de boom niet tegen een andere boom valt.
Het is gevaarlijk om een vastgeraakte boom op de
grond te krijgen en het ongevalsrisico is erg groot.
Zie
Een vastgeraakte boom losmaken op pagina
208 . (Fig. 84)
WAARSCHUWING:
belangrijke bewerkingen, moet u uw
gehoorbescherming verwijderen zodra
de boom is geveld. Het is belangrijk dat
u omgevingsgeluid en waarschuwingen
kunt horen.
De stam ontdoen van takken en een vrij pad
maken
Zaag alle takken vanaf schouderhoogte naar beneden
af.
1. Zaag door met een trekslag van boven naar
beneden. Zorg dat de boom tussen u en het product
staat. (Fig. 85)
2. Zorg dat de werkomgeving rond de boom vrij is van
ondergroei. Verwijder het afgezaagde materiaal uit
de werkomgeving.
3. Controleer de omgeving op obstakels zoals stenen,
takken en gaten. Er moet een obstakelvrij vluchtpad
zijn wanneer de boom valt. De vluchtweg moet
in een hoek van circa 135 graden (schuin
achterwaarts) tegenover de geplande valrichting
liggen.
1951 - 001 - 23.09.2022
1. De gevarenzone
2. De vluchtweg
3. De valrichting
(Fig. 86)
Boom kappen
Als het
Husqvarna raadt u aan de inkepingen aan te brengen
en vervolgens gebruik te maken van de veilige hoek-
methode bij het vellen van een boom. De veilige hoek-
methode helpt u een juist scharnierstuk te maken en de
valrichting te sturen.
WAARSCHUWING:
bomen met een diameter die groter is dan
twee keer de zaagbladlengte. Hiervoor moet
u speciale training volgen.
Het scharnierstuk
De belangrijkste procedure tijdens het vellen van een
boom is het maken van het juiste scharnierstuk. Met een
Een rotte
juist scharnierstuk stuurt u de valrichting en zorgt u dat
de velprocedure veilig verloopt.
De dikte van het scharnierstuk moet gelijk zijn aan en
minimaal 10% zijn van de boomdiameter.
WAARSCHUWING:
scharnierstuk onjuist of te dun is, hebt u
geen controle over de valrichting.
(Fig. 87)
Richtingssneden aanbrengen
1. Breng de richtingssneden aan. De richtingssneden
Bij
moeten tot op 1/4 van de diameter van de boom
lopen. De bovenste en onderste snede moeten in
een hoek van 45° van elkaar worden aangebracht.
a) Zaag eerst de bovenste snede. Lijn de markering
voor de valrichting (A) op het product uit met
de valrichting van de boom (B). Blijf achter het
product en sta links van de boom. Zaag met een
korte trekslag.
b) Breng de onderste snede aan. Zorg dat het
uiteinde van de onderste snede op hetzelfde
punt uitkomt als van de bovenste snede. (Fig.
88)
2. Zorg dat de richtingssnede horizontaal is en de juiste
hoek heeft (90°) ten opzichte van de valrichting. De
lijn van de richtingssnede loopt door het punt waar
de twee richtingssneden samenkomen. (Fig. 89)
De veilige hoek-methode gebruiken
De zaagsnede moet iets boven de inkeping worden
aangebracht.
(Fig. 90)
Vel geen
Als het
207