WAARSCHUWING:
dens het gebruik van het elektrisch gereedschap
in de praktijk kan verschillen van de opgegeven
waarde(n) afhankelijk van de manier waarop het
gereedschap wordt gebruikt, met name van het
soort werkstuk waarmee wordt gewerkt.
WAARSCHUWING:
heidsmaatregelen worden getroffen ter bescher-
ming van de gebruiker die zijn gebaseerd op
een schatting van de blootstelling onder prak-
tijkomstandigheden (rekening houdend met alle
fasen van de bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur
gedurende welke het gereedschap is uitgescha-
keld en stationair draait, naast de ingeschakelde
tijdsduur).
EG-verklaring van conformiteit
Alleen voor Europese landen
De EG-verklaring van conformiteit is bijgevoegd als
Bijlage A bij deze gebruiksaanwijzing.
VEILIGHEIDSWAAR-
SCHUWINGEN
Waarschuwingen voor pneumatisch
nagelpistool/nietpistool
WAARSCHUWING:
waarschuwingen en alle instructies. Het niet vol-
gen van de waarschuwingen en instructies kan leiden
tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies om in de toekomst te
kunnen raadplegen.
Omwille van uw persoonlijke veiligheid en de juiste
werking en onderhoud van het gereedschap, leest u
deze gebruiksaanwijzing alvorens het gereedschap te
gebruiken.
Algemene veiligheidswaarschuwingen
1.
Al het overige gebruik buiten het beoogde
gebruik van dit gereedschap is verboden.
Gereedschappen die bevestigingsmiddelen
aanbrengen door middel van continu her-
haaldelijk schieten of herhaaldelijk schie-
ten mogen uitsluitend worden gebruikt in
productietoepassingen.
2.
Houd uw vingers uit de buurt van de trekker
wanneer u het gereedschap niet gebruikt en
wanneer u het verplaatst van de ene werkplek
naar de andere.
Meerdere gevaren. U moet de veiligheidsin-
3.
structies lezen en begrijpen voordat u het
gereedschap aansluit, loskoppelt, laadt,
bedient, onderhoudt, van accessoires voorziet
of in de buurt ervan werkt. Als u dit niet doet,
kan dat leiden tot ernstig lichamelijk letsel.
De trillingsemissie tij-
Zorg ervoor dat veilig-
Lees alle veiligheids-
4.
Houd alle lichaamsdelen, zoals handen, benen,
enz., uit de schietrichting en verzeker u ervan
dat het bevestigingsmiddel niet door het werk-
stuk heen in een lichaamsdeel kan schieten.
5.
Wees bij gebruik van het gereedschap erop
bedacht dat het bevestigingsmiddel kan afket-
sen en letsel kan veroorzaken.
6.
Houd het gereedschap stevig vast en wees
voorbereid om de terugslag op te vangen.
Alleen vakbekwame gebruikers mogen het
7.
bevestigingsgreedschap bedienen.
8.
Wijzig het bevestigingsgreedschap niet.
Wijzigingen kunnen de effectiviteit van de vei-
ligheidsvoorzieningen verlagen en de risico's
voor de gebruiker en/of omstanders vergroten.
Gooi de gebruiksaanwijzing niet weg.
9.
10. Gebruik het gereedschap niet als het gereed-
schap beschadigd is.
11.
Wees voorzichtig bij het hanteren van de bevesti-
gingsmiddelen, met name bij het laden en verwij-
deren, omdat de bevestigingsmiddelen scherpe
punten hebben die letsel kunnen veroorzaken.
12. Controleer het gereedschap altijd vóór gebruik
op kapotte, verkeerd aangesloten of versleten
onderdelen.
13. Reik niet te ver. Gebruik uitsluitend op een
veilige werkplek. Zorg altijd voor een stevige
stand en goede lichaamsbalans.
14. Houd omstanders uit de buurt (bij het werken op
een plaats waar waarschijnlijk mensen voorbij
komen). Zet uw werkgebied duidelijk af.
15. Richt het gereedschap nooit op uzelf of anderen.
16. Plaats uw vinger nooit om de trekker wanneer
u het gereedschap oppakt, wanneer u naar een
andere werkplek of -positie gaat, en wanneer u
met het gereedschap loopt omdat de vinger om
de trekker tot onbedoelde bediening van het
gereedschap kan leiden. Voor gereedschappen
waarop de bedieningsfunctie kan worden geko-
zen, controleert u altijd het gereedschap vóór
gebruik om er zeker van te zijn dat de correcte
bedieningsfunctie is gekozen.
17. Draag uitsluitend handschoenen die vol-
doende gevoel en een veilige bediening van de
trekker en alle afstelmogelijkheden bieden.
18. Als u het gereedschap neerlegt, legt u het neer
op een vlakke ondergrond. Als u de haak van
het gereedschap gebruikt, hangt u het gereed-
schap veilig op een stabiel oppervlak op.
19. Bedien het gereedschap niet onder invloed
van alcohol, drugs en dergelijke.
Gevaren door projectielen
1.
Het bevestigingsgereedschap moet worden los-
gekoppeld wanneer bevestigingsmiddelen wor-
den verwijderd, afstellingen worden gemaakt,
vastgelopen bevestigingsmiddelen worden
verwijderd en accessoires worden verwisseld.
2.
Let er tijdens gebruik op dat de bevestigingsmid-
delen het materiaal correct penetreren en niet
kunnen afketsen of per ongeluk in de richting van
de gebruiker en/of omstanders worden geschoten.
3.
Tijdens gebruik kan afval vanaf het werkstuk
en het bevestigings-/verzamelsysteem worden
weggeworpen.
42 NEDERLANDS