–
Trek de buisklem pas na het afsluiten van de mon-
tagewerkzaamheden vast
10
11
10 8
10 11
12. Ga bij het tweede, derde (en vierde) product op de-
zelfde manier te werk ((9), (10) en (11) en verbind de
rookgasbuizen (8) en (11) met elkaar.
–
Afhankelijk van de afstand van de producten moet u
het rookgasverlengstuk aan zijn gladde kant verkor-
ten.
13
10
14
10
15
15
10
10
10
13
13. Steek het revisie-T-stuk (12) tot aan de aanslag in de
mof van de rookgasbuis van het laatste product.
14. Monteer eventueel vereiste verlengstukken of bochten
en steek de laatste verlengbuis op de rookgasbuis van
de schacht.
15. Steek het condensafvoerstuk (PP) (13), ⌀ 130 mm, tot
aan de aanslag op de rookgasbuis die het verst van de
schacht verwijderd is.
Aanwijzing
Ter verbinding van het laatste verlengstuk
met de schachtaansluiting kan de VGA uit
het aansluitstuk van het product geschoven
worden. Druk de VGA na het maken van
de schachtaansluiting opnieuw vast in het
aansluitstuk van het product.
16. Monteer de sifonbeker (14) alsook de door de installa-
teur te plaatsen condensafvoerleiding (15).
0020235195_02 Montagehandleiding
9
10 9
10 9
10
10
Gevaar!
Levensgevaar door lekken van rookgas-
sen!
Als de sifonbeker dicht met de afvalwaterlei-
ding verbonden is, kan de sifonbeker leeg-
gezogen worden. Door een lege of niet vol-
doende gevulde sifonbeker kunnen rookgas-
sen in de ruimtelucht ontsnappen.
▶
Verbind de condensafvoerleiding niet
dicht met een vaste verbinding met de
afvalwaterleiding.
17. Verbind de condensafvoerleiding met het huisafvalwa-
tersysteem.
18. Trek alle buisklemmen vast.
19. Monteer de muurafscherming aan de schacht.
20. Voltooi de installatie van de producten zoals beschre-
ven in de betreffende installatiehandleiding.
21. Neem de producten in gebruik.
22. Controleer de VGA op dichtheid.
5.5
Buisklemmen plaatsen
1.
Monteer per aansluitbuis een gewone buisklem.
10 1
2.
Monteer op positie 1 de met de basisset art.-nr.
0020042761 meegeleverde klem.
3.
Monteer per verlengstuk altijd een klem onmiddellijk
naast de mof.
4.
Monteer na elke bocht een bijkomende klem aan het
verlengstuk.
Montage 5
19