INEENZETTEN
LET OP:
• Zorg er altijd voor dat de machine is uitgeschakeld en
de stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens
onderhoud aan de machine uit te voeren.
Zijgreep (Fig. 9)
LET OP:
• Om een veilige bediening te verzekeren, dient u de zij-
greep altijd te gebruiken wanneer u gaat boren in
beton, metselwerk, enz.
• Wanneer de boor door het beton heenkomt of op beto-
nijzer stuit, kan de machine gevaarlijk vooruit- of terug-
schieten. Bewaar daarom tijdens het boren een goede
balans en een stevige steun voor de voeten, en houd
de machine met beide handen stevig vast.
De zijgreep kan naar beide zijden van de machine wor-
den gedraaid, zodat de machine in elke positie gemakke-
lijk te hanteren is. Draai de zijgreep naar links los, draai
hem naar de gewenste stand en draai hem vervolgens
naar rechts vast.
Aanbrengen of verwijderen van de boor
Reinig de boorschacht en smeer er boorvet (bijgeleverd)
op alvorens de boor te installeren. (Fig. 10)
Steek de boor in de machine. Draai de boor en duw deze
naar binnen tot zij vergrendelt. (Fig. 11)
Indien de boor niet naar binnen kan worden geduwd,
dient u deze eruit te nemen en het boorkopdeksel enkele
keren omlaag te trekken. Steek dan de boor opnieuw
erin. Draai de boor en duw deze naar binnen tot zij ver-
grendelt.
Nadat de boor is geïnstalleerd, moet u altijd controleren
of de boor goed vastzit door te proberen hem eruit te
trekken.
Om de boor te verwijderen, trekt u het boorkopdeksel
helemaal omlaag en dan trekt u de boor eruit. (Fig. 12)
Boorhoek (voor beitelen, afbikken of slopen)
De boor kan bij 12 verschillende hoeken worden vastge-
zet. Om de boorhoek te wijzigen, drukt u de vergrendel-
knop in en draait u de wisselhefboom zodat de wijzer
naar het "O" symbool wijst. Draai de boor naar de
gewenste hoek. (Fig. 13)
Druk de vergrendelknop in en draai de wisselhefboom
zodat de wijzer naar het g symbool wijst. Draai daarna
de boor een beetje om te controleren of deze goed vast-
zit. (Fig. 14)
Dieptemaat (Fig. 15)
De dieptemaat is handig voor het boren van gaten van
gelijke diepte. Draai de klemschroef los, stel de diepte-
maat af op de gewenste diepte, en draai dan de klem-
schroef weer stevig vast.
OPMERKING:
• De dieptemaat kan niet worden gebruikt in de positie
waar deze tegen het tandwielhuis/motorhuis aanstoot.
All manuals and user guides at all-guides.com
Stofvanger (los verkrijgbaar accessoire) (Fig. 16)
Gebruik de stofvanger om te voorkomen dat stof op de
machine en op uzelf terechtkomt wanneer u boven uw
hoofd boort. Bevestig de stofvanger aan de boor, zoals
getoond in Fig. 16. De diameter van de boren waaraan
de stofvanger kan worden bevestigd, is als volgt.
Stofvanger 5
Stofvanger 9
Hamerboren (Fig. 17)
Zet de wisselhefboom en de schakelhefboom in de H
positie.
Plaats de punt van de boor op de gewenste plaats waar
geboord moet worden, en druk vervolgens de schakelaar
in.
Forceer het gereedschap niet. Een lichte druk geeft de
beste resultaten. Houd het gereedschap stevig vast en
zorg dat het niet uitglijdt.
Oefen geen grotere druk uit wanneer het boorgat ver-
stopt raakt met schilfertjes of metaaldeeltjes. Laat in zo'n
geval het gereedschap onbelast lopen en verwijder de
boor gedeeltelijk uit het boorgat. Wanneer dit verschil-
lende keren wordt herhaald, zal het boorgat schoon wor-
den en kunt u normaal verder boren.
LET OP:
• Wanneer de boor door het beton heenkomt of op beto-
nijzer stuit, kan de machine gevaarlijk vooruit- of terug-
schieten. Bewaar daarom tijdens het boren een goede
balans en een stevige steun voor de voeten, en houd
de machine met beide handen stevig vast.
Blaasbalgje (los verkrijgbaar accessoire) (Fig. 18)
Gebruik na het boren het blaasbalgje om het stof uit het
boorgat te blazen.
Beitelen/Afbikken/Slopen (Fig. 19)
Zet de wisselhefboom en de schakelhefboom in de g
positie. Houd de machine met beide handen stevig vast.
Schakel de machine in en oefen niet meer druk uit op de
machine dan nodig is om deze onder controle te houden.
Door grote kracht op de machine uit te oefenen verloopt
het werk niet sneller.
Boren in hout of metaal (Fig. 20)
Gebruik de los verkrijgbare boorkopmontage. Om deze
te monteren, zie "Aanbrengen of verwijderen van de
boor" op de vorige pagina.
Zet de wisselhefboom en de schakelhefboom in de m
positie. U kunt nu boren tot een diameter van maximaal
13 mm in metaal en een diameter van maximaal 30 mm
in hout.
Boordiameter
6 mm – 14,5 mm
12 mm – 16 mm
27