2. Plaats een rechthoek tegen de geleider en tegen het
zaagblad (Fig.10).
3. Als het zaagblad niet de rechthoek raakt, draai dan de
drie schroeven ➀ los (Fig.11).
4. Stel de geleider zodanig bij dat hij volledig in aanrak-
ing is met de rechthoek. Draai de schroeven weer
vast.
Aansluiting op de stroomvoorziening
Controleer of de stroomvoorziening en de gebruikte
contactdoos geschikt zijn voor de verstekzaag. Controleer
de kenplaten van de motor of van de verstekzaag. Wijzigin-
gen moeten altijd door een gekwalificeerd elektricien wor-
den uitgevoerd.
Dit is een dubbelgeïsoleerd apparaat en een geaarde
stroomvoorziening is derhalve niet noodzakelijk.
WAARSCHUWING: Vermijd het aanraken van de
contactpennen van de stekker als u de stekker in
de contactdoos steekt of deze eruit trekt. Aanrak-
ing kan een zeer ernstige elektrische schok
veroorzaken.
Gebruik van een verlengsnoer
Het gebruik van een verlengsnoer veroorzaakt enig verlies
aan stroom. Vraag advies aan een gekwalificeerde elek-
tricien ten aanzien van de minimale draaddikte in het ver-
lengsnoer; dit om stroomverlies tot een minimum te
beperken en om oververhitting en doorbranden van de mo-
tor te voorkomen.
Het verlengsnoer moet een geaarde stekker hebben die op
de contactdoos past, en een geaard stopcontact waarop de
stekker van dit apparaat past.
Het apparaat vastzetten
Opmerking:
Wij raden u aan deze verstekzaag veilig op een werkbank
vast te zetten om maximale stabiliteit van het apparaat te
verkrijgen.
1. Teken de vier schroefgaten in het apparaat af op de
werkbank.
2. Maak gaten in de werkbank met behulp van een ø 10
mm boor.
3. Zet de verstekzaag met bouten, ringen en moeren vast
op de werkbank. Dit bevestigingsmateriaal wordt niet
met het apparaat meegeleverd.
Bediening van het apparaat
WAARSCHUWING! Nooit de stekker in het stopcon-
tact steken voordat u alle montage- en instelstap-
pen hebt doorlopen en de veiligheids- en bedien-
ingshandleidingen hebt gelezen en begrepen.
17
Basisbediening van de verstelbare verstekzaag
1. Gebruik altijd de klem ➀ om het werkstuk stevig vast
te zetten. Er zijn zes gaten beschikbaar voor de klem.
De eindstop ➁ is nuttig bij het repeteren van dezelfde
snede (Fig.13).
2. Plaats het werkstuk altijd tegen de geleider aan. Een
werkstuk dat gebogen of kromgetrokken is en niet
vlak op de tafel of tegen de geleider geplaatst kan
worden, kan het zaagblad inklemmen en moet niet
worden gebruikt.
3. Nooit de handen in de buurt van de zaagzone houden.
Houd de handen buiten de 'No Hands'-zone, waaron-
der de gehele tafel. De zone heeft stickers met het
'No Hands' -symbool.
WAARSCHUWING! Neem, ter voorkoming van ver-
wonding door rondvliegend materiaal, de stekker
uit het stopcontact zodat de zaag niet per ongeluk
start, en verwijder dan klein materiaal.
Kapsnede
1. Schuif voor een kapsnede de zaagkop zo ver mogelijk
naar achteren en vergrendel het onderstel ➀ met de
borghendel ➁ (Fig.14).
Versteksnede
1. Zorg dat de verlengde geleider veilig in de juiste posi-
tie vastzit (Fig.6).
2. Draai de verstekvergrendelingsknop los en draai de
tafel naar de gewenste hoek. Voor hoeken van 0°,
15°, 22,5°, 31,6° en 45° stopt de tafel automatisch.
Draai de verstekvergrendelingsknop vast (Fig.13).
3. Zet de schakelaar aan en druk dan op de borghendel
van de beschermkap om de zaagkop omlaag te bren-
gen.
Schuine snede
1. Draai de verlengde geleider en zet hem zo ver mo-
gelijk van het zaagblad vandaan (Fig.7).
2. Maak de borghendel van de afschuining los en plaats
de zaagkop onder de gewenste hoek. Zet de borghen-
del voor de afschuining weer vast.
3. Zet de schakelaar aan en druk dan op de borghendel
van de beschermkap om de zaagkop omlaag te bren-
gen.
Opmerking:
1. Er is een speciale afschuinstop van 33.9° op deze
verstekzaag aangebracht, voor speciaal plafond-
profiel. Plaats bij gebruik van deze hoek de borgpen
➀ in de uitsparing terwijl u de afschuiningshoek op
33.9° zet (Fig.15).
Samengestelde snede
1. Een samengestelde snede is een combinatie van een
versteksnede en een schuine snede. Zie de boven-
staande aanwijzingen om deze snede uit te voeren.
Plinten
1. Plinten kunnen verticaal tegen de geleider of vlak op
de tafel worden gezaagd. Volg de aanwijzingen in on-
derstaande tabel.