NL
BE
randafsluiting van het werktuigta-
blet (6) ligt. De magneethouder
(5) houdt het snijblad in positie.
3. Gebruik bij smalle beitels de af-
standshouder (4).
4. Kies de hoek in overeenstem-
ming met de reeds bestaande
fasehoek (hoek van de afge-
schuinde rand).
5. Maak de vastzetschroef voor de
hoekinstelling (7) los en draai
het werktuigtablet (6) in positie.
6. Fixeer de vastzetschroef voor de
hoekinstelling (7) opnieuw.
7. Schakel het apparaat in en be-
weeg het werktuigtablet (6) ge-
lijkmatig aan de slijpschijf (10)
weg en weer.
8. Oefen bij het slijpen steeds
wat lichte druk uit en schuif het
snijblad langzaam naar de slijp-
schijf (10).
9. Herhaal het slijpproces totdat
alle ongelijkmatigheden zijn ver-
wijderd.
10. Schakel het apparaat uit en
wacht tot de slijpschijf (10) tot
stilstand is gekomen.
Scherpen van messen
1. Monteer het gekozen slijpsys-
teem (zie slijpsysteem monteren).
2. Plaats het snijblad volledig in de
messengleuf.
3. Beweeg het lemmet met lichte
druk naar de slijpschijf (10) en
trek het mes gelijkmatig en lang-
zaam naar u toe.
4. Draai het mes en plaats het
snijblad in de tegenovergestelde
messengleuf.
5. Herhaal het slijpproces ook voor
58
deze kant van het snijblad.
6. Slijp het snijblad aan beide kan-
ten tot de snijkant braamvrij en
scherp is.
7. Schakel het apparaat uit en
wacht tot de slijpschijf (10) tot
stilstand is gekomen.
Met het apparaat kunnen geen ge-
kartelde messen worden geslepen.
Slijpen van scharen
1. Monteer het gekozen slijpsys-
teem (zie slijpsysteem monteren).
2. Open de schaar volledig.
3. Beweeg een van de schaarbla-
den in de schaargleuf.
4. Beweeg het blad met lichte druk
van de schroef tot aan de punt
naar de slijpschijf (10).
5. Neem de schaar weg van het
slijpstation en draai de schaar
om zodat het andere blad kan
worden gescherpt.
6. Beweeg het andere schaarblad
in de schaargleuf.
7. Beweeg het blad met lichte druk
van de schroef tot aan de punt
naar de slijpschijf (10).
8. Slijp het blad aan beide kanten
tot de snijkanten braamvrij en
scherp is.
9. Schakel het apparaat uit en
wacht tot de slijpschijf (10) tot
stilstand is gekomen.
Met het apparaat kunnen geen
scharen met gekartelde randen wor-
den geslepen. Met het apparaat
kunnen geen kartelscharen worden
geslepen.