Bediening
➤ Sluit de koelbox
– met de bijgeleverde aansluitkabel aan een 220 – 240 V-wisselstroom-
stopcontact aan of ...
– met de bijgeleverde aansluitkabel aan het 12/24 V-stopcontact in het
voertuig (afb. 3, pagina 4) aan.
➤ Druk op de knop ON/OFF op het bedieningspaneel (afb. 2 A, pagina 4) om
de koelbox in te schakelen.
✓ De koelbox met het koelen c.q. verwarmen van de binnenruimte:
Bedrijsindicator
Rood (afb. 2 B, pagina 4)
Blauw (afb. 2 C, pagina 4)
6.4
Omschakelen tussen koelen en verwarmen
➤ Als u tussen koelen en verwarmen om wilt schakelen, drukt u op de knop
HOT/COLD (afb. 2 D, pagina 4).
I
INSTRUCTIE
De besturing van de koelbox bezit een geheugenfunctie: ze onthoudt
het gekozen temperatuurbereik voor elke modus (koelen en verwar-
men). Zo wordt telkens bij het inschakelen of omschakelen het voordien
gekozen temperatuurbereik van de betreffende modus ingesteld.
✓ De rode of blauwe bedrijfsindicator brandt, en het apparaat begint te
koelen/verwarmen.
➤ Indien u het koelen c.q. verwarmen wilt beëindigen, druk dan op de knop
ON/OFF (afb. 2 A, pagina 4).
➤ Als u de koelbox buiten bedrijf neemt, trek dan de aansluitkabel eruit.
78
Bedrijfsmodus
Verwarmen
Koelen
TC
NL