Goedgekeurd gebruik
Het apparaat is bedoeld voor het lassen van staal,
aluminium en legeringen, ook voor industrieel
gebruik.
Voor schade als gevolg van oneigenlijk
gebruik is de gebruiker aansprakelijk.
Bescherming apparaat
Het apparaat is elektronisch beschermd tegen
overbelasting. De niveauschakelaar mag echter
niet onder belasting bediend worden. Sluit het
zijdeksel voor het lassen. Verbind het werkstuk met
het apparaat voor het lassen door middel van de
werkstukleiding.
Verwijder lasspatten van de binnenwand van het
gasventiel met een geschikte speciale tang. Besproei
de binnenwand van het gasventiel met een oplos-
middel of gebruik hiervoor beschermingspasta. Dat
voorkomt het vastbranden van lasspatten. Sproei
schuin om te voorkomen dat de gasuitlaatboringen
verstoppen.
Til het apparaat bij het verplaatsen alleen op aan
de voorziene handgreep. Til het apparaat niet op
aan de behuizing met een vorkheftruck of gelijkaar-
dige apparaten.
Bestanddelen van de machine
Lasapparaat (afb. I)
1 Brander
2 Veiligheidsketting
3 Gasfles*
4 Gasflesventiel*
5 Inhoudsmanometer
6 Doorstroommeter
7 Reduceerventiel
8 Gasslang
9 Instelschroef
10 Transportrollen
11 Zijpaneel
12 Massatang
13 Centrale bus
14 Centrale stekker
15 Werkstukleiding
16 Massa-aansluiting
17 Bedieningselementen
18 Handgreep
19 Opzetvlak
*niet bijgeleverd
42
Downloaded from
www.Manualslib.com
manuals search engine
4-rollen-aandrijving (afb. II)
20 Regelschroeven
21 Kantelhendel
22 Draadaandrijfrol
23 Zwenkarm
24 Draadinloopknop
25 Inloopmond
Draadafloopdoorn (afb. II)
26 Meenemerdoorn
27 Afloopdoorn
28 Draadrem
29 Borgmoer
Uitrusten van de draadelektrode (afb. IV)
30 Houdnippel (=klem) van PTFE- of kunststofkernen
met een buitendiameter van 4,0 mm en 4,7 mm
31 O-ring 3,5 x 1,5 mm om gasverlies te voorkomen
32 Wartelmoer
33 PTFE- en kunststofkernen
34 Steunbuis voor PTFE- en kunststofkernen met een
buitendiameter van 4 mm vervangt de capillaire
buis uit staal in de centrale aansluiting. Bij een
buitendiameter van 4,7 mm vervalt de buis.
Bedieningselementen (afb. V/VI)
35 Temperatuurcontrole-indicator
36 Netcontrole-indicator
37 Draairegelaar voor de puntlasduur
38 Draairegelaar voor de draadaandrijving
39 Modusschakelaar
40 Hoofdschakelaar
41 Niveauschakelaar
UVV-controle
De exploitant van industriële lasinstallaties is ver-
plicht om afhankelijk van het gebruik regelmatig een
veiligheidscontrole van de installaties volgens EN
60974-4 uit te voeren. Würth beveelt een proefperi-
ode van 12 maanden aan.
Ook na het wijzigen of repareren van de installatie
moet een veiligheidscontrole uitgevoerd worden.
Ondeskundig uitgevoerde UVV-controles kunnen
leiden tot de vernieling van de installatie. Voor meer
informatie over UVV-controles van lasinstallaties kunt
u terecht bij een geautoriseerd Würth-servicepunt.