17. Markeer de trimlijn op het vezelvlechtwerk. Verwijder de distale
verbinding met het vezelvlechtwerk en knip met een schaar langs de
trimlijn (Af b. 11).
18. Trek het vezelvlechtwerk opnieuw aan. Herhaal stap 16.
19. Rol het tweede stuk van de siliconen isolatiesleeve over het
vezelvlechtwerk. Stoffen laag moet aan de binnenkant zitten, de
textiellaag aan de buitenkant (Af b. 12). Controleer op plooien en
vouwen, en strijk de siliconen isolatiesleeve waar nodig glad.
20. Pak de grote O-ring en plaats die net boven de distale verbinding
(Af b. 13).
21. Pak de kleine O-ring en plaats die in de groef op de tape ring
(Af b. 14).
22. Druk alle lucht die tussen de ringen zit eruit tijdens het gladstrijken
van eventuele plooien en vouwen.
23. Plak tape over de zwarte rubberen ringen om de tweede laag siliconen
isolatiesleeve op de distale verbinding en tapebring te bevestigen
(Af b. 15).
24. Gebruik een schaar om overmatige siliconen isolatiesleeve die over
de tape ring uitsteekt, weg te knippen (Af b. 16).
25. Plaats de luchtuitlaatslang op het proximale uiteinde tussen de eerste
en tweede laag siliconen isolatiesleeve, om lucht te laten ontsnappen
tijdens de harsinjectie (Af b. 17). Nadat u de luchtuitlaatslang hebt
geplaatst, controleert u of beide lagen siliconen isolatiesleeve het
restledemaat en het vezelvlechtwerk volledig bedekken.
26. Geef patiënt en technicus een veiligheidsbril. Na het opzetten van een
veiligheidsbril en beschermende handschoenen moet u controleren of
patiënt en technicus eveneens een veiligheidsbril dragen. Zet de
veiligheidsbril niet af en doe de beschermende handschoenen niet uit
tijdens de fabricage.
FABRICAGE
27. Om de harshuls klaar te maken voor gebruik, draai de dop van de
harshuls, verwijder de metalen veiligheidsring boven de dop en
verwijder de groene veiligheidspin. Bevestig de statische mixer aan de
harshuls en zet de dop er weer op (Af b. 18).
28. Zet de harshuls vast door lichtjes op de handgreep te drukken totdat
die zachtjes de bodem van de huls raakt.
29. Met de harshuls naar boven gericht brengt u die in het
harsinjectiegereedschap (Af b. 18).
30. Orthopedisch instrumentmaker houdt het harsinjectiegereedschap
met de huls naar boven gericht vast en zit voor de patiënt. De
technicus bevestigt de statische mixer 1 centimeter/ 0,4 inch diep in
de injectieslang (Af b. 19).
OPMERKING: Orthopedisch instrumentmaker controleert of de slang
goed op de statische mixer zit en op het injectieventiel van de distale
verbinding.
31. Bevestig de injectieslang op de injectieventiel (Af b. 20).
32. De Orthopedisch instrumentmaker begint met het injecteren van de
hars en houdt het harsinjectiegereedschap naar boven gericht
(Af b. 21).
OPMERKING: zorg ervoor dat de hars gelijkmatig wordt verdeeld
vanaf het distale uiteinde naar het proximale uiteinde. Overmatige
ophoping van materiaal aan het distale uiteinde kan leiden tot een
exotherme reactie waardoor het lastiger wordt om meer hars te
injecteren.
33. Wanneer het vezelvlechtwerk verzadigd raakt met hars, til het
88