Bediening 7135
F
E
D
C
nl
50
A) In- / uitschakelen
Door knop A in te drukken, schakelt u de luchtbevochtiger
1
2
in of uit.
B) Hygrostaat (luchtvochtigheid instellen)
Door knop B in te drukken, stelt u de gewenste luchtvoch-
tigheid in % in. Het is raadzaam om een relatieve luchtvoch-
tigheid tussen 40% en 60% te kiezen. Het apparaat is in te
stellen van 40% – 75%. De meetnauwkeurigheid bedraagt
A
B
+/- 5%. Wanneer de luchtvochtigheid de gewenste waarde
overschrijdt, schakelt het apparaat uit. Het schakelt niet uit,
wanneer op het display «Co» (continubedrijf) is ingesteld.
Tijdens de selectie wordt de gewenste waarde weergege-
ven. De weergave schakelt na enkele seconden automa-
tisch naar de actuele waarde.
C) Timer
Met knop C kunt u de bedrijfsduur bepalen – in te stellen
tussen 1 t/m 9 uur of continubedrijf. Bij de selectie van de
gewenste tijd brandt «TIME» op het display. Als de timer
geactiveerd is, gaat de weergave uit.
D) Neveluitstoot
(verdampvermogen regelen)
Door knop D meerdere malen in te drukken, kunt u de neve-
luitstoot regelen. Als de rode balken worden weergegeven,
heeft u het hoogste verdampvermogen gekozen.
E) Werking met watervoorverwarming
Met knop E kunt u de voorverwarming in- of uitschakelen.
Het water wordt, voordat het in de vernevelaarkamer komt,
tot 80 °C voorverwarmd. De nevel wordt nu op een aan-
gename temperatuur van 40°C uitgestoten. Dit heeft als
voordeel dat de kamertemperatuur niet daalt en dat de
zuivering van het water duidelijk verbeterd wordt (bacte-
riën worden gedood).
F) Automatische modus en sleep-modus
Door knop F in te drukken, kunnen de automatische en
de sleep-modus «ZZZ» worden geactiveerd. Als de auto-
matische modus is geactiveerd («AUTO» verschijnt op het
display), wordt de optimale luchtvochtigheid, afhankelijk
van de temperatuur, gehandhaafd. De regeling gebeurt via
de uitstoothoeveelheid en de ingestelde gewenste waarde.
Als de «ZZZ»-functie wordt ingesteld, is de gewenste lucht-
vochtigheid 60%; de tijdinstelling schakelt automatisch op
8 uur; de verwarming is ingeschakeld. Bovendien wordt de
uitstoothoeveelheid geregeld, afhankelijk van het verschil
tussen gewenste en werkelijke waarde.
1) Leegstandindicator
Door de transparante watertank is de waterhoeveelheid
goed zichtbaar. Bovendien geeft het apparaat op het display
(symbool 1) aan, wanneer er water moet worden bijgevuld.
Lees hiervoor het hoofdstuk «Water bijvullen».
2) Reinigingsweergave
Als op het display symbool 2 met «CLEAN» wordt weerge-
geven, dient het apparaat volgens advies van de fabrikant
gereinigd te worden. Dit symbool gaat automatisch elke 2
weken branden, afhankelijk van het gebruik. Door knop A
langer in te drukken (ca. 10 – 15 seconden) kan de weer-
gave gedoofd worden.