Konig SAS-ALARM320 Bedienungsanleitung Seite 8

SAS-ALARM320
Alarmsysteem
Verpakkingsinhoud
1. Centrale alarmunit
2. PIR-bewegingsdetector
3. Deur/raamdetector
4. Afstandsbediening
5. RFID-tag
6. AC-adapter
Centrale alarmunit (Fig. A)
• De LED-indicator knippert iedere seconde: Het
alarmsysteem zoekt het GSM-netwerk.
1. GSM-indicator • De LED-indicator knippert iedere 3 seconden:
Het alarmsysteem is met het GSM-netwerk
verbonden.
• De LED-indicator is uit: Het alarmsysteem is niet
ingeschakeld.
• De LED-indicator brandt: Het alarmsysteem is
2. Systeemstatusindicator
ingeschakeld.
• De LED-indicator knippert: Het alarmsysteem
staat in de thuismodus.
• De LED-indicator is uit: Geen nieuw gesproken
bericht.
3. Gesproken • De LED-indicator knippert: Er is een nieuw
berichtindicator gesproken bericht.
• Als de knop voor gesproken bericht wordt
ingedrukt, gaat de LED-indicator branden.
4. Display
• Druk op de knop om het alarm onmiddellijk te
5. Noodknop
activeren.
• Houd om het alarm uit te schakelen de RFID-tag
6. RFID-taglezer
boven dit vlak.
7. Knop alarm • Druk op de knop om het alarmsysteem in te
inschakelen schakelen.
• Voer nadat u deze knop heeft ingedrukt het
8. Knop alarm wachtwoord in om het alarmsysteem uit te
uitschakelen schakelen.
Opmerking: Het standaardwachtwoord is 1234.
• Druk op de knop om het alarmsysteem deels in
9. Knop thuis alarm te schakelen. Het alarmsysteem stopt met het
inschakelen verwerken van alarmsignalen van de sensoren in
de thuis-zone.
• Voer het telefoonnummer in en druk op de knop
10. Belknop
om te bellen.
• Druk op de knop en houd deze 3 seconden
ingedrukt om een gesproken bericht van 10
11. Knop gesproken seconden achter te laten.
bericht • Druk eenmaal op de knop om naar het nieuwe
gesproken te luisteren of om het bericht
nogmaals af te spelen.
12. Sabotageschakelaar
13. Aan/Uit-knop
14. SIM-kaartsleuf
15. Uitgang elektronische
vergrendeling
16. DC-ingang
PIR-bewegingsdetector (Fig. B)
1. Detector
2. Detectievenster
• De LED-indicator knippert continu: Zelftestmodus.
• De LED-indicator knippert één keer: De detector
3. LED-indicator • De LED-indicator knippert twee keer: De
• De LED-indicator knippert iedere 3 seconden:
• Schakel het alarmsysteem in.
• Druk op de testknop totdat het alarm wordt
4. Testknop
5. Zone instellen
(in de detector)
Deur/raamdetector (Fig. C)
• Installeer de zender op het kozijn van de deur of
1. Zender
• De LED-indicator knippert één keer: De zender
2. LED-indicator
• De LED-indicator knippert iedere 3 seconden:
• Installeer de magneet op de deur of het raam met
3. Magneet
• Als de sabotageschakelaar wordt losgelaten,
4. Sabotageschakelaar
5. Zone instellen
8
• Laat de knop los om het alarm onmiddellijk te
activeren.
• U kunt deze functie inschakelen of uitschakelen
door een SMS met de volgende tekst naar het
SIM-kaartnummer van het bedieningspaneel te
sturen:
"87201": Schakelt de functie in
"87200": Schakelt de functie uit
• Druk op de knop om de centrale alarmunit en
het alarmsysteem in of uit te schakelen.
• Plaats de GSM SIM-kaart in de SIM-kaartsleuf.
• Optie voor het aansluiten van een bestaande
elektronische vergrendeling op het
alarmsysteem.
• Sluit voor langdurig gebruik of voor opladen het
bedieningspaneel op de DC-ingang aan.
wordt geactiveerd en zendt een signaal naar het
bedieningspaneel.
zelftestmodus is voltooid. De detector gaat naar
de energiebesparende modus.
Batterij bijna leeg. Vervang de batterij.
geactiveerd.
Opmerking: De zelftestmodus is voltooid na 3
minuten.
het raam met behulp van dubbelzijdig plakband
of schroeven.
wordt geactiveerd en zendt een signaal naar het
bedieningspaneel.
Batterij bijna leeg. Vervang de batterij.
behulp van dubbelzijdig plakband of schroeven.
Opmerking: Zorg ervoor dat de magneet op de
juiste wijze is uitgelijnd met de zender
(markeringen op de magneet en de zender)
binnen 1 cm van elkaar.
schakelt het systeem onmiddellijk in.