De functies zijn uitsluitend zichtbaar als u gebruik
maakt van de TIG procedure.
4.1 DE KOELGROEP BEHEREN.
Het display U geeft het bericht H2O weer en het display
O geeft het bericht OFF (default) weer.
Draai aan de knop AA om de functioneringswijze te
kiezen:
- OFF = uit.
- On C = altijd aan
- On A = automatische inschakeling.
In het geval van de automatische functionering zal de
koelgroep bij het inschakelen van de machine 20 sec. aan
en vervolgens uit gaan.
De koelgroep begint te functioneren als u op de
toortstoets drukt. Drie minuten nadat u de toortstoets
losgelaten heeft gaat de koelgroep uit. De generator
levert geen stroom als de koelvloeistofdruk te laag is
en op het display U wordt knipperend het bericht H2O
weergegeven.
4.2 INTERMITTEREND EN SP PUNTLASSEN.
Als u kiest voor de inschakeling met hoge frequentie
(led L) zal het lassen in twee momenten (led G) of vier
momenten (led H) geactiveerd worden.
Kies met de toets AQ het bericht SP (spot) op het display
U. Op het display O wordt het bericht OFF weergegeven.
Draai de knop AA op ON in om de functie te activeren.
Druk kort op de toets AQ en kies het bericht tSP.
4.2.1 tSP (Spot time puntlastijd)
Het display U geeft het bericht tSp weer en het display O
geeft een tijd van 1 seconde weer. Stel met de knop AA
de gewenste tijd in, instelling tussen 0,1 en 25 seconden.
Druk kort op de toets AQ en kies het bericht tin als u het
intermitterend lassen (met een automatisch ingebouwde
pauzetijd) wenst in te stellen.
4.2.2 tin (tijd intermitterend lassen)
Op het display O wordt het bericht OFF weegegeven.
Draai aan de knop AA om de tijd voor het intermitterend
lassen (instelling van 0,1 tot 25 sec.) in te stellen.
4.3 PDU-DUTY CYCLE PULSEREND (uitsluitend actief
in pulserend).
Dit is de tijd voor de hoogst verkiesbare stroom tijdens
het pulseren.
De waarde wordt uitgedrukt in percentages ten opzichte
van een bepaalde periode door de frequentie (default
50%)
Instelling minimum 10% maximum 90%.
4.4 SC (STARTSTROOM).
Altijd actief tijdens alle TIG processen.
Niveau voor de startstroom waar het lasproces op
aanvangt.
Wordt met name gebruikt voor start in AC lassen met
grote elektroden en een stijgende helling (slope up).
Stelt het minimum niveau in van het pedaal art. 193.
Default 25%.
Instellingen:
78
minimum 1%
maximum 100%
4.5 CRA (EINDKRATER VULLEN).
Kies met de toets AQ het bericht CrA op het display U.
Op het display O wordt de afkorting OFF weergegeven.
Draai de knop AA op ON in om de functie te activeren.
Druk kort op de toets AQ en kies de afkorting CrC.
4.5.1 CrC (kraterstroom)
Deze stroom is een percentage van de lasstroom en is de
eindstroom van het proces.
Default 50%
Instellingen:
minimum 10%
maximum 100%
4.5.2 tCR (tijd voor de kraterstroom)
Tijd dat de kraterstroom geleverd wordt.
Default 0,5 sec.
Instellingen:
minimum 0,0 sec.
maximum 30 sec.
De functies zijn uitsluitend zichtbaar als u gebruik
maakt van de MMA procedure.
4.6 H (PERCENTAGE VAN DE HOT-START STROOM)
Dit is een overstroom die de start verbetert.
Default 50%
Instellingen:
minimum 0%
maximum 100%
4.7 THS (DUUR VAN DE HOT-START STROOM)
Default 0,15 sec.
Instellingen:
minimum 0 sec.
maximum 0,5 sec.
4.8 AF (PERCENTAGE ARC-FORCE STROOM)
Dit is een stroom die de verplaatsing van de elektrode
bepaalt.
Default 30%
Instellingen:
minimum 0%
maximum 100%
5 BEDIENINGEN OP AFSTAND EN ACCESSOIRES
U kunt de volgende bedieningen op afstand aansluiten
om de lasstroom van dit lasapparaat af te stellen:
Art. 193
Pedaalbediening (gebruikt voor TIG lassen)
Art. 1260
Toorts BINZEL "ABITIG 200" (200A-35%)
m.4
Art. 1262
Toorts BINZEL "ABITIG 200" Up/Down
(200A – 35%) – m. 4
Art. 1256
Toorts watergekoeld BINZEL "ABITIG 450 W"
(450A) – m. 4
Art. 1258
Toorts watergekoeld BINZEL "ABITIG 450 W
Up/Down" (450A) – m. 4