Het bewaren van producten in de koelkast
Tijdens het bewaren van levensmiddelen in
het apparaat handel volgens de onderstaande
aanwijzingen.
l Bewaar de producten op borden, in dozen of in
voedselfolie verpakt. Plaats ze gelijkmatig op de
oppervlakte van de platen.
l Levensmiddelen mogen niet met de achterwand
in aanraking komen, indien het wel gebeurt kun-
nen ze verrijpen of vochtig worden.
l Het is verboden om warme voedsel in de koel-
kast te plaatsen.
l Producten, die makkelijk geuren opnemen, bv.
boter, melk, kwark en producten die een sterk
geur hebben, bv. vlees, vissen en kazen dienen
verpakt met folie of in goed gesloten dozen ge-
plaatst worden.
l Groenten die rijk aan water zijn, veroorzaken
verdamping over de groentelade; dit verstoort
de correcte werking van de koelkast niet.
l Droog de groenten voor het plaatsen ervan in de
koelkast.
l Te grote hoeveelheid vocht verkort de tijd van
het bewaren, in het bijzonder met betrekking tot
groenten met bladeren.
l Bewaar de groenten zonder wassen. Het was-
sen verwijderd hun beschermingslaag, daarom
is het aangeraden om ze net voor het eten te
wassen.
l De producten in korven (laden) 1, 2, 3* plaats
(zie tek. 11).**
1. verpakte producten
2. Verdamper plank / kast
3. Normaal laadniveau
4. (*/***)
l Het is toegestaan om producten op de draadro-
osters van de verdamper van de diepvriezer te
plaatsen*
l Het is toegestaan dat producten 20-30 mm vo-
orbij de natuurlijke laadgrens worden gescho-
ven.**
l U kunt de onderste mand verwijderen om meer
laadruimte te creëren. U stapelt de producten op
de bodem van de diepvriezer tot de maximale
hoogte.*
Het invriezen van producten**
l Bijna alle levensmiddelen kunnen worden inge-
vroren, met uitzondering van groenten die rauw
worden gegeten, bv. sla.
l Alleen producten van uitstekende kwaliteit kunnen
worden ingevroren, verpakt in afgemeten porties
die op een keer kunnen worden gebruikt.
l Gebruik materialen zonder geur om producten te
verpakken, die geen lucht nog vocht toelaten en
vet niet doorlaten. Het meest geschikt zijn: zakjes,
platen van polyetheenfolie, aluminiumfolie.
l De verpakking dient goed worden gesloten en
bij het product passen. Glazen verpakkingen zijn
verboden.
l Breng verse en warme levensmiddelen (in de
BEDIENING EN FUNCTIES
l Aanbevolen wordt om per etmaal eenmalig niet
l Om de goede kwaliteit van de ingevroren pro-
l De ingevroren producten dienen op de ene kant
l Gebruik voor het invriezen van producten de
l De temperatuur in de koelkast wordt onder an-
l Indien na het sluiten van de koelkast de deur niet
De bewaartijd van ingevroren producten is afhan-
kelijk van hun kwaliteit voor het invriezen en de
bewaringstemperatuur. Bij een bewaringstempe-
ratuur van -18°C zijn de volgende bewaartijden
aanbevolen:
De ruimte voor snelkoeling is niet geschikt voor
het bewaren van bevroren voedsel. In deze ruimte
kunt u ijsblokjes maken en bewaren.***
*
** Betreft apparaten met een vriesruimte (*/***)
*** Geldt niet voor apparaten met een vriesruimte
62
omgevingstemperatuur) die gaan worden in-
gevroren, niet in contact met reeds ingevroren
producten.
meer dan de aanbevolen hoeveelheid verse
levensmiddelen in de diepvriezer te plaatsen die
staat vermeld in de technische specificatie van
het apparaat.
ducten te garanderen, is het aangeraden om de
reeds ingevroren producten te verplaatsen opdat
ze niet in contact met verse producten komen.
van de diepvriezer geplaatst worden en de verse
producten aan de andere kant, zo dicht mogelijk
bij de achter- en zijwand.
ruimte die is aangeduid met (*/***).
dere bepaald door: omgevingstemperatuur, het
aantal geplaatste levensmiddelen, frequentie van
deuropening, de hoeveelheid rijp, de stand van
de thermostaat
direct opnieuw opengaat, wacht 1 tot 2 minuten,
zodat de ontstane onder druk gecompreseerd
wordt.
Producten
Rundvlees
Kalfsvlees
Inwendige organen
Varkensvlees
Kippenvlees
Eieren
Vissen
Groenten
Fruit
Betreft apparaten met een vriesruimte in het
onderste gedeelte van het apparaat
met de aanduiding (*/***)
Manden
6-8
3-6
1-2
3-6
6-8
3-6
3-6
10-12
10-12