11.
Functies van de afstandsbediening
a) Toewijzing van de besturingsfuncties
Bij afstandsbediening van uw helikopter is bij levering geconfigureerd in mode 2. U kunt de zender echter aanpassen
aan uw individuele stuurgewoonten. Hiervoor zijn de volgende besturingsmodi beschikbaar:
Modus 1: Nick- en gier-functies worden met het linker besturingssysteem geregeld en de roll- en pitch-functie met het
rechter besturingssysteem. Voor deze modus moeten de beide besturingssystemen onderling van neutraliserend
naar niet-neutraliserend worden omgebouwd. Raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening.
Mode 2 (ingesteld bij levering): Gier- en pitch-functies worden met het linker besturingssysteem en de roll- en nick-
functie met het rechter besturingssysteem geregeld.
Modus 3: Nick- en roll-functies worden met het linker besturingssysteem en de gier- en pitch-functies met het rechter
besturingssysteem geregeld. Voor deze modus moeten de beide besturingssystemen onderling van neutraliserend
naar niet-neutraliserend worden omgebouwd. Raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing van de afstandsbediening.
Modus 4: Roll- en pitch-functies worden met het linker besturingssysteem en de gier- en nick-functies met het rechter
besturingssysteem geregeld.
Het omschakelen van mode 2 naar een andere modus heeft geen invloed op de eventueel geprogram-
meerde modelgeheugens. Alle mengers en instelwaarden worden 1:1 overgenomen en alleen aan de
nieuwe besturingssystemen toegewezen.
b) Programmeerbare functies van de verschillende vliegtoestanden
Let op!
De afstandsbediening is af fabriek voor de eerste vliegpogingen aangepast en geprogrammeerd voor de
helikopter. De volgende beschrijvingen van mogelijke programmeerstappen resp. instellingen dienen dus
voor de eerste vlucht alleen ter controle en na de eerste vlucht voor het aanpassen aan uw persoonlijke
vliegwensen.
Wij raden u daarom dringend aan de instelwaarden voorafgaand aan de eerste vlucht ongewijzigd te
laten! Voor de concrete wijziging van de instelwaarden dient u de gebruiksaanwijzing van de
afstandsbediening te raadplegen.
Enkele instelwaarden - bijv. de sturing/correctie van de pitch-waarde - kunnen niet in vliegklare toestand worden
doorgevoerd, omdat bijv. door het bedienen van de pitch-functie op de zender ook onvermijdelijk de motor zou starten.
Er bestaat acuut gevaar voor lichamelijk letsel en/of materiële schade!
Om deze instellingen zonder gevaar en onnodig programmeren te kunnen doorvoeren, adviseren wij de drie
steekverbindingen tussen motor en toerentalregelaar los te maken. Hiertoe moet u de betreffende contactparen vooraf
met verschillende kleuren coderen, om na een controle/correctie weer de juiste contactparen te vinden en daarmee
de correcte draairichting van de motor te verkrijgen.
Om instellingen aan de zender te kunnen uitvoeren, moet de zender eerst in de programmeermodus
worden gezet. Raadpleeg de handleiding bij uw afstandsbediening voor overige informatie.
94