Systeemmeldingen; Storingen Verhelpen - Oase ProfiClear Premium Compact Gebrauchsanweisung

- NL -
7.

Storingen verhelpen

Storing
Geen waterstroom
Waterstroom onvoldoende
Het water wordt niet helder
Ongewone geluiden in de
trommel
Spoelgoot verstopt
Filtertrommel is gedeeltelijk
vervuild, wordt niet
gereinigd
Gepompt systeem:
Water stroomt weg via de
noodoverloop
Gravitatiesysteem:
Water stroomt weg via de
noodoverloop
Tijdafhankelijke reiniging
(interval) start niet
Geen uitlezing op de
stuurschakeling
112
Mogelijke oorzaak
Filterpomp niet ingeschakeld
Toevoer naar filtersysteem of terugloop naar
vijver verstopt
Bodemafvoer, pijpleiding resp. slang verstopt Reinigen, eventueel vervangen
Slang geknikt
Te veel verlies in de leidingen
De pompcapaciteit is te laag
Het water is extreem vervuild
Vuildeeltjes komen niet in de
trommelfiltermodule
Te veel dieren
Zeefelementen verstopt of beschadigd
Trommelafdichting zit onjuist
Trommelafdichting is beschadigd
In de filtertrommel hebben zich grotere
vuildeeltjes verzameld.
Grote vuildeeltjes zoals draadalgen hangen
in de vuilgoot
Spoelmond verstopt
Zeefelementen verstopt
Pompcapaciteit te hoog
Pijpleiding van vuilafvoer is verstopt
Zeefelementen verstopt
Waterpeil in de vijver is te hoog
Pijpleiding van vuilafvoer is verstopt
Stuurschakeling controleert de werking van
de niveaudetectie.
De controle start automatisch als er te

weinig automatische reinigen werden
uitgevoerd.
Kabel niet aangesloten
Stuurschakeling is door oververhitting
uitgeschakeld (temperatuurschakelaar)
Oplossing
Filterpomp inschakelen, netstekker in contactdoos
steken
Toevoer resp. terugloop reinigen
Slang controleren, eventueel vervangen
Leiding afkorten op de benodigde minimumlengte
Pompcapaciteit aanpassen
Bij AquaMax Eco Premium 12000, 16000, 20000

de SFC-functie (Seasonal Flow Control)
uitschakelen. SFC reduceert de hoeveelheid
water met 50%.
Algen en bladeren uit de vijver verwijderen

Ververs bij hoge belasting ongeveer 30% van het

water om schade aan de vissen te voorkomen
Stroming van het water optimaliseren zodat

afschuimer of filterpomp de vuildeeltjes kan
aanzuigen.
Afschuimer of filterpomp zo uitlijnen op de

stroming van het water dat ze vuildeeltjes
kunnen aanzuigen.
Verminder het aantal dieren
Zeefelementen reinigen of vervangen
Controleren of trommelafdichting goed zit
Vervang de trommelafdichting
Neem het zeefelement weg en verwijder
vuildeeltjes uit de filtertrommel
Zeefelement verwijderen en vuilgoot reinigen
Spoelmonden reinigen, indien nodig vervangen.
Zeefelementen reinigen/ontkalken
Pompcapaciteit verlagen
Pijpleiding reinigen
Zeefelementen reinigen/ontkalken
Water aftappen
Pijpleiding reinigen
Voer onderhoud uit. De controle duurt maximaal

24 uur.
De controle wordt beëindigd zodra de

niveaudetectie schakelt. Er wordt een
automatische reinigen uitgevoerd.
Schakelt de niveauregistratie niet binnen 24 uur,

dan wordt Er22 weergegeven. De tijdafhankelijke
reiniging wordt geactiveerd.
(→ Systeemmeldingen)
Kabelverbinding controleren
Bescherm de stuurschakeling tegen hitte; laat de
stuurschakeling afkoelen
Stuurschakeling schakelt na afkoeling vanzelf

weer in
Foutmelding Er66 waarschuwt al voor een

oververhitting van de besturing