Hoofdstuk
03
Aansluitingen
Het stroomsnoer aansluiten (1)
Opmerking
Afhankelijk van het soort voertuig, kan de
functie van *3 en *5 afwijken. Sluit in dit geval
*2 op *5 en *4 op *3 aan.
*3
*5
Dopje (*1)
Wanneer dit aansluitpunt niet
wordt gebruikt, verwijder het
dopje dan niet.
Geel (*3)
Ondersteuning
(of accessoire)
Rood (*5)
Accessoire
(of ondersteuning)
ISO-stekker
Opmerking
In sommige voertuigen bestaat de
ISO-stekker uit twee aansluitingen,
zorg ervoor dat met beide verbinding
wordt gemaakt.
158
Nl
*1
*2
*4
Geel (*2)
Naar het aansluitpunt, staat altijd onder
stroom, onafhankelijk van de stand van
het contactschakelaar.
Rood (*4)
Naar het elektrische aansluitpunt,
bestuurd door het contactschakelaar
(12 V DC) AAN/UIT.
Oranje/Wit
Naar de aansluiting van de lichtschakelaar.
Zwart (aarding)
Naar de (metalen) carrosserie
van het voertuig.
Opmerkingen
• Wanneer een subwoofer (*8) op dit navigatiesysteem
is aangesloten in plaats van op een
achterluidspreker, zet de uitgangsinstelling voor de
achterspreker dan op de oorspronkelijke instelling.
(Zie de Bedieningshandleiding). De subwoofer-
uitgang van dit navigatiesysteem is monaural.
• Bij het gebruik van een subwoofer van 70 W (2 Ω)
moet u ervoor zorgen dat deze wordt aangesloten op
de paarse en paars/zwarte draden van dit
navigatiesysteem. Sluit niets aan op de groene en
groen/zwarte draden.
Zorg ervoor dat de draden die op elkaar
worden aangesloten dezelfde kleur hebben.
Zekeringhouder
Zekering (10 A)
Luidsprekerdraden
Wit:
linksvoor
Wit/Zwart:
linksvoor
Grijs:
rechtsvoor
Grijs/Zwart:
rechtsvoor
Groen:
linksachter
Groen/Zwart: linksachter
Paars:
rechtsachter
Paars/Zwart: rechtsachter
Zekeringweerstand
Zekeringweerstand
of subwoofer
(*8)
of subwoofer
(*8)
of subwoofer
(*8)
of subwoofer
(*8)