• De SCART (EURO AV) kabel is beschadigd.
• Het toestel is niet aangesloten op de juiste
EURO AV t INPUT-aansluiting (pagina 20).
• De video-ingang van de TV is niet ingesteld om
beelden met het toestel te bekijken.
Het beeld vertoont ruis.
• De disc is vuil of vervormd.
• Als het videosignaal van het toestel via uw
videorecorder naar uw TV moet gaan, kan de
kopieerbeveiliging van sommige DVD-
programma's de beeldkwaliteit beïnvloeden.
Indien u nog altijd problemen hebt wanneer het
toestel rechtstreeks is aangesloten op uw TV,
probeer het dan eens aan te sluiten op de S-ingang
van uw TV (pagina 20, 26).
Het beeld vult niet volledig het scherm, ook al
is de breedte/hoogte-verhouding onder [TV
TYPE] bij [SCHERMINSTELLING] op het
instelscherm ingesteld.
• De breedte/hoogte-verhouding ligt vast.
Kleurafwijking op het televisiescherm.
De subwoofer en de voorluidsprekers in dit systeem
zijn magnetisch afgeschermd om magnetische
lekken te voorkomen. Toch kan er wat lekkage
optreden omdat de magneet zeer krachtig is. In dit
geval controleert u het volgende:
• Wanneer de luidsprekers worden gebruikt met een
beeldbuis- of projectie-TV, moeten de
luidsprekers minstens 0,3 meter van het toestel
zijn verwijderd.
• Schakel de TV uit en zet hem na 15 tot 30 minuten
weer aan indien er nog steeds kleurafwijkingen
optreden.
• Als er "howling" optreedt, plaatst u de
luidsprekers op een grotere afstand van de
televisie.
• Er mogen geen magnetische voorwerpen
(magnetische sloten op een TV-kastje, medische
apparatuur, speelgoed, enz.) in de buurt van de
luidsprekers voorkomen.
Geluid
Geen geluid.
• De luidsprekerkabel is niet goed aangesloten.
• Druk op MUTING op de afstandsbediening
wanneer "MUTING ON" verschijnt in het
uitleesvenster op het voorpaneel.
• Het toestel staat in de pauzestand of in de
vertraagde weergavemodus. Druk op H om
terug te keren naar de normale weergavemodus.
• Snel vooruit of snel achteruit is bezig. Druk op
H om terug te keren naar de normale
weergavemodus.
• Controleer de luidsprekeraansluitingen
(pagina 17).
Het geluid uit de linker- en rechterluidsprekers
is niet in balans of is omgewisseld.
• Controleer of de luidsprekers en componenten
goed zijn aangesloten.
De subwoofer produceert geen geluid.
• Controleer de aansluitingen en instellingen van de
luidsprekers (pagina 17).
• Bij gebruik van de Setup Disc kan het
geluidsvolume van de subwoofer laag zijn. Dit
gebeurt standaard en is dus geen storing.
Sterke brom of ruis is hoorbaar.
• Controleer of de luidsprekers en componenten
goed zijn aangesloten.
• Controleer of de aansluitsnoeren zich niet in de
buurt van een transformator of motor bevinden, en
minstens 3 meter verwijderd zijn van een TV-
toestel of fluorescentieverlichting.
• Plaats de TV verder van de audiocomponenten af.
• De stekkers en aansluitingen zijn vuil. Maak ze
schoon met een doek die lichtjes is bevochtigd
met alcohol.
• Reinig de disc.
Er is minder stereo-effect bij het afspelen van
een VIDEO CD, CD of DATA CD (MP3-audio).
• Stel [GELUID] in op [STEREO] door op AUDIO
te drukken (pagina 75).
• Controleer of het toestel goed is aangesloten.
Het surround effect is moeilijk hoorbaar bij
weergave van een Dolby Digital, DTS of MPEG
geluidsspoor.
• Ga na of het geluidsveld ingesteld is op "FOCUS
SURROUND" of "WIDE SURROUND"
.
(pagina 38)
• Controleer de aansluitingen en instellingen van de
luidsprekers (pagina 17).
• Bij sommige DVD's is het uitgangssignaal niet
volledig compatibel met 5.1 kanalen. Het kan
mono of stereo zijn, ook al is het geluidsspoor
opgenomen in Dolby Digital of MPEG
audioformaat.
Bediening
Er kan niet worden afgestemd op
radiozenders.
• Controleer of de antenne goed is aangesloten.
Regel de antenne en sluit eventueel een
buitenantenne aan.
• Het zendersignaal is te zwak (bij automatisch
afstemmen). Stem handmatig af.
wordt vervolgd
91
NL