Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Softstart - Migatronic FLEX 3000 Compact Betriebsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für FLEX 3000 Compact:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 25
Afstellen van secondaire parameters
Deze drukknop wordt gebruikt om het las-
proces af te stellen: gasvoorstroom, ont-
steking, soft-start, MIG-hotstart, lassen, sequentie,
downslope, stopstroom, terugbrand en gasnastroom.
Het volgende display wordt getoond na het indrukken
van drukknop:
Het
secondaire
parameter-
display
: geeft de lasfase aan. De geselecteerde para-
meter wordt gemarkeerd met een rechthoek
(cursor)
: geeft de waarde aan van de ingestelde para-
meter in het lasproces.
: geeft de soort en het symbool van de afgestelde
parameter in het lasproces weer.
: in geval van sequenties, wordt het nummer van
de sequentie waar de secondaire parameter
betrekking op heeft getoond.
: geeft de lasstroom in amp.aan.
De linker besturingsknop onder het display wordt ge-
bruikt voor het doorlopen van het lasproces.
Wanneer de lasparameter is gekozen kan de waarde
worden afgesteld met de rechtse besturingsknop
onder het display.
Secondaire parameters
De volgende secondaire parameters kunnen worden
afgesteld:
Gasvoorstroomtijd:
De gasvoorstroomtijd zorgt ervoor
dat de boog volledig beschermd
wordt van de omgevingslucht voordat de boog wordt
ontstoken. De gasvoorstroomtijd is de tijd waarin de
toortsschakelaar geactiveerd wordt totdat de draad-
aanvoer start. De gasvoorstroomtijd is variabel en in te
stellen tussen de 0,0 – 10 seconden.

Softstart:

De softstart verbetert de start-
karakteristiek. Afstellen van de
draadsnelheid voordat de boog is ontstaan. De gas-
voorstroomtijd is variabel tussen de 0,5-7 m/min.
Hotstartpercentage:
De hotstartpercentage is én functie
die helpt om meteen aan het begin
van de las een juiste boogtemperatuur te creëren,
deze functie kan zowel in 2-takt als in 4-takt gebruikt
worden.
2-takt:
In 2-takt kan de hotstart niet bestuurd worden door de
toortsschakelaar maar wordt geactiveerd door het
instellen van een tijd. De startstroom wordt verhoogd
met een percentage van de lasstroom. Dit kan in-
gesteld worden tussen de -99 % en 100 %.
4-takt:
De toortsschakelaar bestuurt de hotstarttijd in 4-takt.
De startstroom wordt verhoogd met een percentage,
en dit blijft totdat de toortsschakelaar wordt losgelaten.
Vervolgens zal de synergische stroom binnen ½ sec.
verlagen naar de ingestelde waarde.
Hotstarttijd:
De hotstarttijd is de tijd waarin de hot-
start in MIG/MAG 2-takt lassen actief
is. Deze tijd kan ingesteld worden tussen de 0 en 20
sec.
Sequentie-verlooptijd:
(Alleen bij sequentie)
Sequentie geeft de mogelijkheid om
tussen iedere sequentie een nogal grote wijziging van
de parameters te realiseren. De sequentie-verlooptijd
voorkomt kraters als gevolg van het schakelen tussen
sequenties. De verlaging/verhogingstijd kan ingesteld
worden door de parameter sequentieverlooptijd. De
sequentie-verlooptijd kan ingesteld worden tussen de
0 en 10 sec.
Downslope:
Wanneer het lassen gestopt is be-
gint de downslope een kratervulling
te maken. De stroom verlaagt de ingestelde stroom
naar de eindstroom.
In 4-takt kan de downslope worden gestopt door de
toortsschakelaar los te laten. De downslopetijd is in te
stellen tussen de 0 en 10 sec.
Eindstroom:
De
wanneer de lasstroom verlaagd is
tot aan de eindstroom. De eindstroom is synergisch in
te stellen tussen de 0 % en 100 % van de ingestelde
lasstroom.
In 4-takt hangt de eindstroomperiode af van de eind-
stroomamperage, aangezien het lassen met de eind-
stroom door zal gaan totdat de toortsschakelaar
losgelaten wordt.
81
downslopeperiode
eindigt

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis