Plaatsen van de batterij
1
Let op de juiste polariteit! Aanbevolen batterijwissel bij de zender: als de status- en
bevestigingsweergaven (6, 8) tegelijkertijd branden. Bij de ontvanger: het volume van het
signaalgeluid wordt zwakker, ook al wordt de positie van het apparaat resp. de volumere-
gelaar (14) niet veranderd.
6LR61 9V alkali
2
Kabelconfectie bij LAN-kabels controleren
De LAN-kabel (RJ 45) met de zender en de ontvanger verbinden en de zender in de TEST-
modus schakelen. Vergelijk nu de lichtsequentie van de dioden 1 t/m 8 van zender en
ontvanger.
Doorgang in de kabel is voorhanden:
- lichtsequenties van zender en ontvanger zijn identiek: 1=1, 2=2 enz.
– lichtsequentie van zender en ontvanger verschillen, bijv. 1=8, 2=7 enz: kabelaansluitin-
gen gekruist.
- als bovendien de diode G bij beide apparaten brandt,is de kabel afgeschermd.
Doorgang in de kabel is niet voorhanden:
- de dioden 1 t/m 8 branden niet: de kabel is beschadigd, bijv. door een kabelbreuk of
steker zonder contact.
- gelijktijdig en onregelmatig knipperen van meerdere dioden (1 t/m 8): kortsluiting in de
kabel.
16
NL
Tip 1: de lichtsequentiesnelheid kan in de TEST-modus
met de toets (7) worden omgezet. De bevestigingsweer-
7
gave (8) geeft de sequentiesnelheid aan.
TEST
8
RJ 45
6LR61 9V alkali
RJ 45