Voorzichtig
Systeemscheider altijd aan de watertoe-
voer en nooit direct aan het apparaat aan-
sluiten!
Toevoerslang aan de wateraansluiting
van het apparaat en aan de watertoe-
voer (bijvoorbeeld waterkraan) aanslui-
ten.
Watertoevoer openen.
Instructie
De toevoerslang behoort niet tot het leve-
ringspakket.
Water uit reservoir zuigen
Gevaar
Zuig nooit water uit een drinkwaterreservoir
aan. Zuig nooit oplosmiddelhoudende
vloeistoffen, zoals lakverdunners, benzine,
olie of ongefilterd water aan. De afdichtin-
gen in het apparaat zijn niet bestand tegen
oplosmiddelen. De sproeinevel van oplos-
middelen is zeer licht ontvlambaar, explo-
sief en giftig.
Zuigslang (diameter minimum 3/4") met
filter (toebehoren) aansluiten aan de
wateraansluiting.
Reinigingsmiddel-doseerapparaat op
„0" stellen.
Apparaat voor de werking ontluchten.
Apparaat ontluchten
Watertoevoer openen.
Motor overeenkomstig de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant starten.
Voor de ontluchting van het apparaat
de sproeier losschroeven en het appa-
raat laten draaien tot het water zonder
luchtbellen vrijkomt.
Apparaat uitschakelen en sproeier op-
nieuw vastschroeven.
44
Gevaar
Apparaat op een vaste ondergrond stellen.
–
De hogedrukreiniger mag niet gebruikt
–
worden door kinderen (gevaar van on-
gevallen door onvakkundig gebruik van
het apparaat).
Bij het gebruik van het apparaat creëert
–
de hogedrukstraal een hoog geluidsni-
veau. Gevaar van gehoorschade. Bij
het werken met het apparaat in elk ge-
val een geschikte gehoorbescherming
dragen.
De waterstraal die uit de hogedruk-
–
sproeier komt, veroorzaakt een reactie-
druk van het pistool. Een gebogen
spuitstuk kan een extra draaimoment
veroorzaken. Daarom spuitstuk en pi-
stool stevig met de handen vasthouden.
Voertuigbanden/bandventielen mogen
–
uitsluitend gereinigd worden vanop een
minimum spuitafstand van 30 cm. An-
ders kan de voertuigband/het bandven-
tiel beschadigd worden door de
hogedrukstraal. Het eerste teken van
een beschadiging is de verkleuring van
de band. Beschadigde voertuigbanden
zijn een bron van gevaar.
Asbesthoudende en andere materialen
–
die gevaarlijke stoffen bevatten, moe-
gen niet afgespoten worden.
Ter bescherming van de exploitant te-
–
gen buiswater moet geschikte veilig-
heidskledij gedragen worden.
Altijd letten op een vaste koppeling van
–
alle aansluitslangen.
De hefboom van het handspuitpistool
–
mag tijdens de werking niet vastge-
klemd worden.
Apparaat inschakelen
Watertoevoer openen.
Motor overeenkomstig de gebruiksaan-
wijzing van de motorfabrikant starten.
Hefboom van het handspuitpistool be-
dienen.
– 4
NL
Bediening