Ingebruikneming
Voor de inbedrijfname van de pomp moe-
ten de veiligheidsinstructies in elk geval in
acht genomen worden!
Gelieve verder in acht te nemen dat de stic-
ker „Typeplaatje" in geen geval van de
pomp mag verwijderd worden. Na het ver-
wijderen van de sticker wordt heen garantie
meer verleend op de dichtheid van de
pomp.
Beschrijving apparaat
1 Netsnoer met stekker
2 Niveauschakelaar
3 Handgreep
4 Slangaansluiting 1" (25,4 mm) met vlak-
afdichting
Voorbereiding
Afbeelding
Slangaansluiting op de pomp schroe-
ven en erop letten dat de vlakafdichting
in de slangaansluiting gemonteerd is.
Waarschuwing
Hoe kleiner de slanglengte, hoe hoger het
pompvermogen.
Slang op slangaansluiting schuiven en
met geschikte slangklem bevestigen
In de automatische modus is de scha-
kelhoogte vooraf reeds gedefinieerd
door de lengte van de kabel van de ni-
veauschakelaar.
Afbeelding
Bij manuele werking de niveauschake-
laar naar boven (kabel naar beneden)
uitrichten. Patarimas: Kabel van de ni-
veauschakelaar als lus door de draag-
greep schuiven en de niveauschakelaar
zoals afgebeeld positioneren.
Afbeelding
Pomp standvast op een vaste onder-
grond in de vloeistof opstellen of indom-
pelen door een aan de greep
bevestigde kabel.
Het zuigbereik mag niet volledig of ge-
deeltelijk geblokkeerd worden door ver-
ontreinigingen.
Opdat de pomp zelfstandig zou aanzuigen,
moet het vloeistofpeil minimum 3cm (SCP
5000) resp. 8cm (SDP 5000) bedragen.
Netstekker in het stopcontact steken.
Automatisch gebruik
In de automatische werking stuurt de ni-
veauschakelaar het pompproces automa-
tisch. Indien de vloeistofstand een
bepaalde hoogte bereikt, wordt de pomp in-
geschakeld.
Indien de vloeistofstand tot een bepaald ni-
veau zakt, wordt de pomp uitgeschakeld.
De bewegingsvrijheid van de niveauscha-
kelaar moet gegarandeerd zijn.
Handmatig gebruik
In de handmatige werking blijft de pomp al-
tijd ingeschakeld.
Instructie:
Droogloop leidt tot een verhoogde slijtage,
pomp in de handmatige werking niet zon-
der toezicht laten. Bij droogloop de pomp
binnen 3 minuten uitschakelen.
De werkzaamheden beëindi-
De pomp na elk gebruik met zuiver wa-
ter spoelen.
In het bijzonder na het oppompen van
chloorhoudend water of andere vloei-
stoffen die resten achterlaten.
Waarschuwing
Verontreinigingen kunnen zich afzetten en
tot functionele storingen leiden.
Stekker uit het stopcontact trekken.
Reiniging en onderhoud
Het apparaat is onderhoudsvrij.
– 3
NL
Gebruik
gen
Onderhoud
31