Nadat het bovenste deel van het achterlicht
ven worden vervangen door langere schroeven die geschikt zijn voor het beoogde gebruik. Monteer
vervolgens het achterlicht
weer en draai deze vast met de T10-schroeven
1
6.2. Montage geïntegreerd in het bagagerek
Op sommige bagagerekken (zie lijst) kan de Toplight Kite E geïntegreerd worden gemonteerd (zie 6.
Montageschets 3).
Draai hiervoor de twee T10-schroeven aan de onderkant van het achterlicht
zodat het achterlicht
1
in een boven- en ondergedeelte wordt verdeeld.
Nadat het bovenste deel van het achterlicht
1.2
op de daarvoor bestemde bagagedrager worden geschroefd. Gebruik hiervoor de twee T10-schroe-
ven
5
en draai deze vast met 1 Nm .
!
Bij montage in het bagagerek kan de meegeleverde achterreflector
Geschikte bagagerekken zijn onder andere Port van Carl & Marta. (RR03003-001)
7. Voeding
Achterlicht
1
uitsluitend voor aansluiting op een gelijkspanningsbron van 6 tot 42 V (
bijv. B. E-bike accu. Aansluiting op een wisselspanningsbron (bijv. dynamo) kan de koplampelektronica
beschadigen!
54
1.1
is verwijderd, kunnen de twee M5 x 22 zeskantschroe-
met 1 Nm .
5
los en leg ze opzij,
1.2
1.1
is verwijderd, kan het onderste deel van het achterlicht
2
niet worden gebruikt.
DC AC
Zorg ervoor dat de polariteit correct is!
Zwarte draad = aarde (-), zwarte en witte draad = stroom (+).
Het aansluiten van dit achterlicht
deerd is dat er nog minimaal 2 uur elektriciteit beschikbaar is om het verlichtingssysteem te
voeden nadat de motor wegens ontlading is uitgeschakeld.
8. Bediening/Brex-functies
Het achterlicht
1
wordt via het voertuigdisplay of via de koplamp in- en uitgeschakeld.
Remlichtfunctie: Zodra de geïntegreerde sensor een duidelijke remactie registeert, gaat de
lichtstrook van het achterlicht
erop te wijzen dat je langzamer gaat rijden.
Noodremlicht-functie: Bij plotseling sterk verminderen van de snelheid (noodrem) wordt het
achterop volgend verkeer door een zeer opvallend pulserende LED van de remlichtfunctie
een waarschuwing gegeven, dat er sterk wordt geremd. In deze modus geeft BREX de ge-
vaarlijke situatie aan met een tot nu toe ongekende signalering en helpt daarmee ongevallen
te voorkomen. Bijvoorbeveld bij het fietsen in colonne of met kinderen.
Voorwaarde voor een correcte werking van de rem- en noodremlicht-functie is een juiste
),
afstelling van het achterlicht
1
is alleen toegestaan bij voertuigen waarbij gegaran-
1
zeer fel branden om achterliggende verkeersdeelnemers
1
(zie 6. Monteren).
55